Bijvoet gaat nu pas voor hooikoorts zorgen; bij velen onbekend
LUMC, Wageningen University & ResearchDe graspollenconcentraties zijn momenteel niet meer zo hoog als in mei en vooral juni (zie de pollentellingen van het LUMC en het Elkerliek ziekenhuis). Een verlichting voor de vele mensen die hooikoortsklachten krijgen bij blootstelling aan graspollen. Dat betekent echter niet dat voor iedereen het hooikoortsseizoen voorbij is. Naar schatting 10 procent van de hooikoortspatiënten gaat de komende weken nog klachten ervaren van bijvoetpollen.
Piekperiode overlast
De hele vroege exemplaren bloeien al vanaf juni. De pollenconcentratie bleef toen nog zeer laag. Volgens onze pollenverwachting zal vanaf deze week de bijvoetpollenconcentratie flink op kunnen lopen. De piekperiode, de periode waarin de hoogste pollenconcentraties zich kunnen voordoen, loopt naar verwachting dit jaar vanaf eind deze week tot en met de eerste week van augustus. Het is nog even afwachten hoe hoog de bijvoetpollenconcentratie op gaat lopen. De eerste bijvoetpollen worden sinds 9 juli dagelijks waargenomen in lage concentraties in de tellingen in Leiden. De planten staan er op veel plekken goed bij. Ze lijken, in tegenstelling tot veel andere kruidachtige planten, geen last te hebben gehad van het langdurig extreem droge weer eerder dit jaar. De mate van overlast wordt daarnaast ook nog bepaald door de hoeveelheid en de duur van de regen die er valt. Als het de komende weken veel regent, zal de pollenconcentratie wat lager komen te liggen.
Onbekendheid bijvoet als hooikoortsplant
Uit vragenlijsten, die zo’n 10 jaar geleden door deelnemers aan het toen lopende allergieradaronderzoek werden ingevuld, bleek 10 procent van de ruim 4800 mensen die een allergietest hadden gehad, gevoelig te zijn voor bijvoetpollen. Van de ruim 2700 deelnemers die geen allergietest hadden ondergaan, gaf maar 1 procent aan dat ze gevoelig dachten te zijn voor bijvoet. Zeer waarschijnlijk heeft dus een groot deel van de mensen die gevoelig zijn voor bijvoet niet in de gaten dat het stuifmeel van deze plant de oorzaak van hun allergieachtige klachten is gedurende juli en augustus. Van de mensen die last hebben van graspollen of boompollen is 13 procent ook gevoelig voor bijvoet.
GoHot
Bijvoet heeft ook onze aandacht in het kader van ons door ZonMw gefinancierde GoHot-onderzoek. Daarin richten we ons op het begrijpen en verminderen van de gezondheidsrisico’s die gepaard gaan met hitte en pollen in een veranderend klimaat. Vanaf begin 2025 werkt een consortium van 16 organisaties gedurende 19 maanden samen om belangrijke kennis te verzamelen over wie het meeste risico op hitte - en/of allergiegerelateerde klachten loopt, wanneer dit gebeurt, en hoe we mensen tijdig kunnen informeren en beschermen. Aangezien bijvoet midden in de zomer bloeit, is er een mogelijkheid dat er tijdens extreme warmte juist op het moment dat er veel bijvoetpollen in de lucht zijn extra gezondheidsrisico’s zijn.
Door slim gegevens over pollenconcentraties, medicijnverkoop, weersomstandigheden en gezondheid te combineren hopen we daar tijdens het project meer inzicht in te krijgen. Het zou mooi zijn als we mensen dan tijdiger en beter kunnen informeren, zodat de gezondheidsrisico’s afnemen.
Sinds maart staan er in Nederland twee automatische 'pollensamplers', deze zijn nu nog niet in staat om bijvoetpollen te herkennen. Daarom worden er momenteel bijvoetpollen verzameld om het model te kunnen trainen.
Tekst: Arnold van Vliet, Wageningen University; Letty de Weger en Anne Overduin-de Vries, Leids Universitair Medisch Centrum
Foto’s: Arnold van Vliet