
Natuurjournaal 1 oktober 2025
Nature TodayKaal knopkruid is een ingeburgerde soort die van origine uit Zuid-Amerika komt. Het is een echte pioniersoort, die voorkomt op zeer voedselrijke, zandige grond. Je kan hem vinden op akkers, in bermen en in bebouwde gebieden tussen de stoeptegels. Aan de bloemen in hoofdjes met vergroeide meeldraden, met meestal vijf witte lintbloemen en meerdere gele buisbloemen, is te zien dat kaal knopkruid tot de composietenfamilie (Asteraceae) behoort. De stengelbladeren zijn tegenoverstaand, wat binnen deze familie een zeldzaamheid is. De naam suggereert dat de plant kaal is, maar toch zijn de zijtakken min of meer aangedrukt behaard. De andere knopkruid-soort in Nederland, harig knopkruid, heeft dicht afstaand, wit behaarde zijtakken. Kaal knopkruid kiemt pas in mei en bloeit van juni tot in oktober.
Weer in bloei te vinden dit jaar is het herderstasje. Deze zeer algemene soort heeft meerdere generaties per jaar en is dus over een lange periode te vinden. Vanaf maart tot in december komt herderstasje voor op plekken die door mensen beïnvloed zijn. De plant is erg plastisch, wat betekent dat herderstasje de groei aanpast aan de omstandigheden. Als er genoeg vocht, voedingsstoffen en mineralen in de bodem zitten, kan herderstasje vrij groot worden, tot wel 60 centimeter hoog, maar anders blijft het klein. Herderstasje is relatief gemakkelijk te herkennen aan de hartvormige hauwtjes, de vruchten, waarnaar de naam verwijst. De kleine, witte bloemen zijn kenmerkend voor de kruisbloemenfamilie (Brassicaceae), waar herderstasje onder valt. Elke bloem telt vier kroonbladeren en vier kelkbladeren. Met behulp van een loepje zijn er zes meeldraden te onderscheiden, waarvan er twee korter zijn dan de andere vier.
Tekst en beeld: Marco Wind, Nature Today