FLORON-kamp

Op zoek naar wilde planten met vrijwilligers van FLORON

FLORON, Provincie Noord-Brabant
17-NOV-2025 - Welke wilde planten groeien er eigenlijk in Nederland? Stichting FLORON legt samen met een grote groep vrijwilligers de rijkdom aan wilde flora in ons land vast. Wekelijks struinen floristen het landschap af naar bijzondere en minder bijzondere planten. Met deze schat aan data dragen ze bij aan de bescherming van de Nederlandse natuur.

Waterlepeltje, Stijve ogentroost en Sikkelklaver: zomaar een greep uit de bijzondere plantensoorten die vrijwilligers vonden tijdens een FLORON-kamp in de zomer van 2025. “Maar het gaat niet alleen om bedreigde soorten op de rode lijst”, benadrukt Jacques Rovers. Hij is expert op het gebied van plantendeterminatie en begeleidt een van de vier zomerkampen. “Het gaat erom dat we álle soorten in kaart brengen.” FLORON (Floristisch Onderzoek Nederland) zet zich al ruim 30 jaar in voor onderzoek naar en bescherming van de Nederlandse wilde flora. Wekelijks gaan vrijwilligers in heel Nederland op pad met de VERA-app om plantensoorten te noteren. In de zomer komt een deel samen tijdens de FLORON-kampen.

Data als basis voor natuurbeleid

“Nederland is opgedeeld in kilometerhokken”, legt Rovers uit. “In het groeiseizoen, van half april tot half september, doorkruisen we wekelijks met de plantenwerkgroep van de KNNV Breda zo’n kilometerhok met een stuk of zeven vrijwilligers en noteren we welke planten we zien en sturen dat naar FLORON. In de winter kunnen we ook op pad, bijvoorbeeld om mossen te bekijken. Bij Natuurvereniging KNNV zijn mossenwerkgroepen actief. Op die manier proberen we iedere tien jaar alle flora van heel Nederland in kaart te brengen.” De informatie die de vrijwilligers verzamelen, komt in de Nationale Databank voor Flora en Fauna. Dat is voor iedereen toegankelijk en wordt onder andere gebruikt voor beleid en onderzoek. Met al deze data wordt duidelijk welke planten zeldzaam of bedreigd zijn en welk verder onderzoek nodig is. “Deze informatie vormt een belangrijke basis voor het natuurbeleid.”

FLORON-kamp in Heusden

FLORON-kamp

Eens per jaar komt een deel van de vrijwilligers bij elkaar op een FLORON-kamp om in drie dagen een flinke hoeveelheid planten te kunnen registreren. “Mensen uit heel Nederland kunnen op het kamp planten bekijken in een bepaalde regio.” Dit jaar werd het kamp georganiseerd in de buurt van Heusden. “We gaan dan op stap in gebieden van Staatsbosbeheer en Brabants Landschap om te kijken welke planten er staan. Het is goed voor de kennis, je leert van elkaar, en het versterkt de saamhorigheid onder de vrijwilligers. Door de financiële bijdrage van de provincie Noord-Brabant konden we zorgen voor goed eten en drinken. Dat stellen we zeer op prijs.”

“Het blijft boeiend”

“Bijna iedere keer als we met elkaar op stap gaan, zien we iets verrassends. Rond Breda zie je natuurlijk dat er planten verdwijnen, maar er komen ook veel planten bij. Een paar jaar geleden hebben we meerdere soorten droogbloemen gevonden, zoals de Amerikaanse droogbloem, de Zilverdroogbloem en Sikkeldroogbloem. Het wordt droger en warmer in de stad, dus veel van die droogbloemen uit zuidelijke regio’s komen deze kant op. Een ander voorbeeld is het vlakbloempje. Een paar jaar geleden hadden we daar nog niet over gehoord. Het is een heel klein plantje met hele kleine paarse bloemetjes, die tussen de straatstenen staat. Als je het niet weet, zie je het niet, als je het wel weet, zie je het overal. De hele stad is ervan vergeven. Ondanks het feit dat ik dit al veertig jaar doe, blijft het boeiend.”

FLORON-kamp: excursie Moerputten

“Het gaat me aan het hart”

“Het gaat mij en andere vrijwilligers wel aan het hart dat het zo slecht gaat met de biodiversiteit. Je ziet bermen verruigen, dat is wel een zorg. De bermen rond Breda zouden wel rijker aan plantsoorten mogen zijn. Nu zijn ze alleen maar rijk aan voedingsstoffen in de bodem.” Door vermesting en bepaald maaibeleid is de bodem te rijk geworden voor de plantensoorten die van nature op de Brabantse zandgronden groeiden. “Het ziet er in het voorjaar prachtig uit met fluitenkruid en raapzaad, maar dat is het dan.” Rovers vertelt dat een ecosysteem is opgebouwd uit veel verschillende onderdelen, zoals een grote variëteit aan plantsoorten. “Je kan er niet te veel onderdelen uit halen, dan valt het bouwwerk uit elkaar”, zegt hij. “Ik heb in de jaren veel zien veranderen.”

Kennis doorgeven aan de volgende generatie

Toch blijft Rovers optimistisch doorgaan. De natuurvereniging FLORON probeert meer vrijwilligers te werven en jonge mensen enthousiast te maken. “Zo’n kamp is ook een kans om de kennis van de ouderen door te geven aan de jongeren. Steeds meer jongeren nemen deel aan het kamp en die stellen het erg op prijs om met ervaren floristen op stap te gaan en in korte tijd veel te leren. Hoe meer je over planten leert, hoe meer je ziet.” Wil je beginnen met leren planten te herkennen, dan biedt FLORON een online basiscursus aan, met jaarlijks honderden deelnemers. “Een aantal neemt daarna deel aan het FLORON-kamp om hun kennis te vergroten. Het is een mooie manier om aandacht te vragen voor wilde flora. We zien dat er steeds meer mensen in geïnteresseerd zijn.”

FLORON-kamp

Burgerwetenschap

“Wat je kent en herkent, koester je en probeer je te beschermen”, zegt Rovers. Zo hoopt hij dat de natuurwerkgroepen een bijdrage leveren aan het verbeteren van de natuur in Nederland. Beduidend meer mensen zetten zich in om planten te registeren bij FLORON en andere natuurverenigingen, stelt hij. “Met de komst van determineer-apps en -websites als Waarneming.nl is het veel toegankelijker geworden om planten- en diersoorten te herkennen. Twintig jaar geleden waren er alleen maar heel ingewikkelde Engelse boekjes en determinatietabellen om insectensoorten als nachtvlinders te herkennen. Voor de planten was dat makkelijker: er waren altijd Nederlandstalige flora’s. Maar tegenwoordig maak je er een foto van en met een beetje geluk krijg je de goede naam in beeld. Daardoor heeft de burgerwetenschap ook een enorme vlucht genomen, en mensen worden steeds enthousiaster.”

FLORON-kamp: knikkende distel

Tegenkracht om het tij te keren 

“Als we voldoende mensen hebben, kunnen we een tegenkracht bieden. Ik heb nog steeds de hoop dat dat gaat lukken. Je ziet dat het aantal mensen dat zich inzet voor natuur op allerlei plaatsen toeneemt. Veel mensen zijn bereid om in hun naaste omgeving dingen op te pakken. Hoe meer mensen dit doen, hoe krachtiger de beweging wordt die laat zien dat het anders kan. Aan het enthousiasme van deze mensen ligt het niet. Hopelijk geeft dit voldoende tegenkracht om het tij te keren en het geheel weer wat meer in balans te brengen.”

Meedoen?

FLORON is op zoek naar vrijwillligers die zich willen verdiepen in de Nederlandse wilde flora en deze in kaart willen brengen. Wil je meedoen?

  • Een goede start om meer te leren over planten is de online basiscursus die jaarlijks in maart begint.
  • Via de website van FLORON kan je je aanmelden bij een plantenwerkgroep om het veld in te gaan. Voor meer plantenwerkgroepen kan je ook kijken bij de KNNV en IVN.
  • Er worden ook losse activiteiten en excursies georganiseerd.

FLORON-kamp

Tekst: Marjolein Bezemer
Beeld: David de Wit; Cor Kuijstermans; Willemien Troelstra