Ondanks droogte weer veel eikels en beukennootjes aan de bomen
De Natuurkalender, Vereniging Wildbeheer Veluwe, Wageningen UniversityDit voorjaar, voor de droogte, leek het erop dat 2018 een goed mastjaar zou worden. De zeer droge omstandigheden dreigden roet in het eten te gooien en met het op grote schaal verdrogen van bosbessen en allerlei andere planten verslechterde de voedselsituatie. De regen in augustus kwam echter net op tijd waardoor de mastverwachtingen flink naar boven konden worden bijgesteld. Voor inlandse eik en beuk spreken we dit jaar van een volmast. Omgerekend betekent dit dat de inlandse eik op de gehele Veluwe zo’n 4,7 miljoen kilo eikels geproduceerd heeft en de beuk naar schatting 1,6 miljoen kilo beukennootjes. De Amerikaanse eik heeft een slecht jaar door de late nachtvorst in het voorjaar van 2017. Er is naar schatting maar 170 duizend kilo eikels van de Amerikaanse eik.
Al zes jaar beukennootjes
Het is zeer bijzonder dat de beuk voor het zesde jaar op rij beukennootjes geproduceerd heeft. Beuken produceerden meestal maar één of maximaal twee jaar achter elkaar beukennootjes waarna er één of zelfs twee jaar geen beukennootjes aan de bomen kwamen. Nu produceren ze dus al zes jaar achter elkaar. Uit een steekproef op zeven locaties op de Veluwe bleek dat in 84% van de bolsters nootjes zaten. De beukennootjes vallen momenteel, mede onder invloed van het onstuimige weer, massaal uit de bomen.
Eikels zeer vroeg en zeer groot
De eerste eikels vielen al half augustus. Dat is zeer vroeg en kwam zeer waarschijnlijk door de recordhoge temperaturen vanaf april. Momenteel vallen de eikels, net als de beukennootjes, op grote schaal uit de boom. Opvallend is dat er her en der zeer grote eikels aan de takken hangen, zelfs op plekken waar de bomen op het schrale Veluwse zand staan. Op onderstaande foto is te zien dat vier eikels samen 43 gram wogen, gemiddeld dus meer dan 10 gram. Dit betekent dat je voor 1 kilogram maar 100 eikels nodig hebt en dat een volwassen zwijn met 200 tot 300 eikels zijn of haar maag al vol heeft.
Schade en overlast
Door het grote aanbod aan groene eikels krijgen de zwijnen te veel looizuur binnen. Het zuur kunnen ze compenseren door dierlijke eiwitten te eten. De laatste weken is dan ook te zien dat het wroeten in grasmatten sterk toeneemt. Een grasveld kan compleet op zijn kop gezet worden. Door de langdurige droogte was het gras verdroogd en verdwenen de interessante bodemdiertjes naar lagere regionen. Door de regen groeit het gras weer en zijn de regenwormen en de andere bodemdiertjes weer bereikbaar.
Mastverwachting en de effecten
De grote hoeveelheid eikels en beukennootjes betekent dat de zwijnen misschien wel tot in het verre voorjaar mast tot hun beschikking hebben. Het gevolg is dat je de zwijnen veel minder vaak zult zien, omdat ze maar weinig moeite hoeven te doen om voldoende voedsel te vinden. Het is dan ook moeilijker om in te schatten hoeveel zwijnen er op de Veluwe rondlopen. Positief effect van het grote voedselaanbod is dat het aantal aanrijdingen, ondanks toenemende aantallen zwijnen, beperkt blijft. Helaas zal het sterk gaan stijgen vanaf het moment dat de mast op begint te raken. De eerste biggen zullen in december en januari worden geboren. Op dit moment is de inschatting dat de voorjaarsstand in 2019 gelijk of hoger zal zijn dan het record in 2018.
Tekst en foto’s: Gerrit-Jan Spek, Vereniging Wildbeheer Veluwe en Arnold van Vliet, De Natuurkalender, Wageningen University
Figuren: Vereniging Wildbeheer Veluwe