Hazelmuis

Wat ruist daar door het struikgewas?

Zoogdiervereniging
29-OKT-2008 - Bekijk het filmpje van de zeldzame hazelmuizen op ZoogdierTV. Vanaf de jaren tachtig is door een kleine groep vrijwilligers met zekere regelmaat een aantal bosranden onderzocht op de aanwezigheid van hazelmuizen en nesten. Rombout de Wijs maakte beelden van de deze bijzondere beesten.

Bericht uitgegeven door Zoogdiervereniging VZZ op woensdag 29 oktober 2008

 

Bekijk het filmpje van de zeldzame hazelmuizen op ZoogdierTV.

Vanaf de jaren tachtig is door een kleine groep vrijwilligers met zekere regelmaat een aantal bosranden onderzocht op de aanwezigheid van hazelmuizen en nesten. Rombout de Wijs maakte beelden van de deze bijzondere beesten.

 

Hazelmuizen zijn echte klimmers. Op de grond lopen vermijden deze acrobatische langslapers het liefst. Net als mensen en apen hebben hazelmuizen een bewegelijke duim, waardoor ze hun voorpoten efficiënt kunnen gebruiken als grijphandjes. Dit, tezamen met een grijpstaart, is zeer handig bij het klimmen en balanceren door de vegetatie.

 

 

 

Aan het eind van de zomer dalen hazelmuizen af naar lagere struwelen, besrijke houtkanten, singels en zonovergoten boszomen. Dan zijn ze voor ons mensen iets makkelijker te zien en te filmen. Voordat ze rond half november in winterslaap gaan, doen ze zich eerst flink tegoed aan het vele voedsel (vruchten en zaden) die de herfst biedt. Echter om te voorkomen dat zijzelf opgepeuzeld worden door een roofdier (uilen, roofvogels, klauwieren, klapeksters, marters) houden ze zich vooral graag op in een “dichtstekelige’ omgeving.

 

In Nederland komt de hazelmuis uitsluitend voor in Zuid-Limburg en dan met name in de bossen op de hellingen van de rivieren de Geul en de Gulp. Het verspreidingsgebied loopt door tot in België en Duitsland. Momenteel leven bij benadering nog een kleine 1.500 hazelmuizen in Nederland.

 

Omdat de nesten eenvoudiger te vinden zijn dan de hazelmuizen zelf en het aantal nesten indicatief is voor de ontwikkeling van hazelmuizen, wordt de populatieontwikkeling niet bijgehouden aan de hand van het aantal hazelmuizen maar aan het aantal waargenomen hazelmuisnesten. In 2005 is vanuit het Netwerk Ecologische Monitoring een meetnet hazelmuizen gestart. Een hazelmuis bouwt in een seizoen 1 tot 5 nesten. Deze liggen hooguit enkele tientallen meters uit elkaar en worden enkele weken (slaapnesten) tot enkele maanden (voortplantingsnesten) gebruikt. Ze zijn bevestigd aan stengels van braam, hulst, bosrank en adelaarsvaren in struweel met een dicht bladerdek in de nabijheid van voedselplanten.

 

In de periode half september- half november gaat een vaste groep vrijwilligers vaste trajecten in de Vijlenerbossen en het Gulpdal in Zuid-Limburg langs om de aantallen hazelmuis nesten te bepalen.

 

Door toenemende intensivering van grondgebruik, is er voor de hazelmuis steeds minder geschikt leefgebied aanwezig. De overgebleven leefgebieden worden ook op allerlei manieren bedreigd. Zo komt het regelmatig voor dat belangrijke bosranden en struweelrijke wegbermen gesnoeid of gekapt worden, waarbij nesten vernietigd worden. Aangezien hazelmuizen slechts enkele kilometers afleggen om zich opnieuw te vestigen, waarbij ze zich alleen door aaneengesloten bosgebieden en landschapselementen verplaatsen, is de kans op terugkeer in gebieden waar ze verdwenen zijn, zeer gering.

 

In Nederland is de hazelmuis bedreigd in zijn voortbestaan en in Vlaanderen zelfs sterk bedreigd. Op korte termijn zijn concrete beschermingsmaatregelen noodzakelijk. Daarom dient snel actie ondernomen te worden wat betreft voorlichting aan bosbeheerders, en ter verbetering van de kwaliteit van randvegetaties en houtkanten. Goed ontwikkelde bosranden met een graduele overgangszone en een hoge dichtheid aan vruchtdragende heesters kunnen gecreëerd worden door maatregelen als het kappen van bomen, terugzetten van omheiningen en aanpassen van de begrazingsintensiteit. Daarnaast is ook het aanleggen van verbindingen tussen bezette leefgebieden door middel van goed ontwikkelde corridors noodzakelijk.

 

Tekst: Richard Witte, Zoogdiervereniging VZZ

Foto: Rollin Verlinde, Vildaphoto

Filmpje: Rombout de Wijs