Groene kikker, metamorfose. Foto: Ravon

Waterdraakjes

Stichting RAVON
3-SEP-2009 - Op de oevers en in de ondiepe delen van poelen en plassen treffen veel mensen nu vreemd uitziende 'waterdraakjes' aan: groene kikkers met halve of hele staarten, enorm grote larven met alleen nog achterpoten of dieren met zowel voor- als achterpoten. Vooral als ze nog maar net aan land zijn gegaan en al zijn overgeschakeld op longademhaling, kun je een poosje allerlei varianten groene kikker tegenkomen: exemplaren die nog een dikke, lange en puntige staart achter zich aanslepen of die rondspringen met een stompe, korte staart, maar ook kant-en-klare groene kikkers.

Bericht uitgegeven door RAVON op donderdag 3 september 2009

Op de oevers en in de ondiepe delen van poelen en plassen treffen veel mensen nu vreemd uitziende 'waterdraakjes' aan: groene kikkers met halve of hele staarten, enorm grote larven met alleen nog achterpoten of dieren met zowel voor- als achterpoten. Vooral als ze nog maar net aan land zijn gegaan en al zijn overgeschakeld op longademhaling, kun je een poosje allerlei varianten groene kikker tegenkomen: exemplaren die nog een dikke, lange en puntige staart achter zich aanslepen of die rondspringen met een stompe, korte staart, maar ook kant-en-klare groene kikkers.

De exemplaren die nog zo’n lange, zware staart achter zich aan slepen, maken een vreemde indruk. RAVON krijgt momenteel veel foto’s van zulke dieren toegestuurd met de vraag of het een dier betreft met een ernstige lichamelijke afwijking. Gelukkig is dat zelden het geval, het zijn de verschillende verschijningsvormen in het laatste stadium van de metamorfose.

In een vroeg stadium van de waterfase heeft de zuurstofopname aanvankelijk plaatsgevonden via uitwendige kieuwen, daarna via de huid en de slijmvliezen en in de laatste fase schakelen de dieren over op longademhaling. Larven van groene kikkers kunnen enorm groot worden, maar tijdens de laatste fase, net voordat ze overgaan op longademhaling, worden de enorme staarten met hun hoge vinzomen door het eigen lichaam geresorbeerd. Tegelijkertijd ‘krimpt’ het lijfje van de kikker. De net gemetamorfoseerde dieren zijn dan ook een stuk kleiner dan de larven in de laatste periode van hun waterfase; een proces dat altijd wat onwezenlijk aandoet. En meestal is de staart wel verdwenen voordat ze het land op gaan, maar niet altijd. Zo kan het gebeuren dat men in deze tijd kleine waterdraakjes aantreft op waterlelie- of plompenbladeren of in de oeverzone ziet rondscharrelen. Gewone juveniele kikkers, waarbij de staart letterlijk en figuurlijk wat achterloopt.

Tekst: Annemarie van Diepenbeek, RAVON
Foto: Anneke Cornelisse