Ooievaar

Alle ooievaars verzamelen!

Vogelbescherming Nederland
20-AUG-2010 - Het einde van de zomer nadert. Voor veel vogels betekent dat verzamelen, opvetten en wegwezen. Ze trekken naar warmere gebieden in Europa, of zelfs Afrika. De ooievaar is van nature een trekvogel. Sommige Hollandse ooievaars trekken zelfs door naar Zuid-Afrika.

Bericht uitgegeven door Vogelbescherming Nederland op vrijdag 20 augustus 2010

Het einde van de zomer nadert. Voor veel vogels betekent dat verzamelen, opvetten en wegwezen. Ze trekken naar warmere gebieden in Europa, of zelfs Afrika. De ooievaar is van nature een trekvogel. Sommige Hollandse ooievaars trekken zelfs door naar Zuid-Afrika.

Het had weinig gescheeld of we hadden in Nederland geen ooievaars meer gehad. Halverwege de jaren ’70 waren ze praktisch uit ons land verdwenen. Een reddingsprogramma van Vogelbescherming sloeg gelukkig aan: vandaag de dag broeden er meer dan 700 paar in ons land.

Een groot deel van deze ooievaars blijft ook in de winter in Nederland. Ze zijn gewend aan het bijvoeren, wat tijdens het reddingsprogramma noodzakelijk was. Afgelopen winter waren dat er zo'n 500. Met name de jonge ooievaars gaan echter weer steeds vaker op trek. Op dit moment verzamelen deze jonge ooievaars zich, waarna ze als groep naar het zuiden vertrekken.

Ooievaar (foto: Martin Chick)

Met dank aan Belgisch zenderonderzoek weten we dat het merendeel van deze jonge ooievaars in het zuiden van Portugal of Spanje overwintert. Een kleiner groep maakt de oversteek bij Gibraltar en overwintert in West-Afrika. Uit het verleden weten we dat sommige Hollandse ooievaars zelfs naar Zuid-Afrika trekken. Een afstand van 12.000 kilometer!

Ooievaars maken, net als andere grote vogels, tijdens het vliegen gebruik van thermiek. Voedsel is tijdens de trek schaars en de vlucht kost veel energie. De ooievaar doet er dus goed aan om zo min mogelijk energie te verspillen. Bij goede thermiek hoeven ze slechts een paar keer met hun vleugels te slaan om op grote hoogte te komen. In een thermiekbel cirkelen ze omhoog tot zo’n 700 meter, waarna ze de bel verlaten en zich naar beneden laten afdalen op zoek naar de volgende thermiekbel. Hierbij bereiken ze snelheden van zo’n 70 kilometer per uur. Op deze manier doen ze zo’n 2 a 3 weken over hun reis naar het zuiden.

Ooievaars trekken in groepen en op dit moment is de tijd van verzamelen aangebroken. Kijk dus niet gek op als je tientallen ooievaars bij elkaar ziet. Zo werd er op donderdag 19 augustus een groep van 163 ooievaars in het Reestdal in Overijssel waargenomen en werd er een dag eerder bij Meppel een groep van 150 gezien. Nog even en we kunnen ze uitzwaaien. Tot volgend jaar februari!

Tekst: Marieke Dijksman, Vogelbescherming Nederland
Foto: Martin Chick