Zaklampvissen

Stichting RAVON
11-DEC-2013 - De wintermaanden lenen zich uitstekend voor zaklampvissen, een waarnemingsmethode die zeer geschikt is voor het opsporen van rivierdonderpadden. Door met een felle zaklamp de oevers te beschijnen zijn rivierdonderpadden en andere vissoorten onderwater goed te vinden.

Bericht uitgegeven door Stichting RAVON [land] op [publicatiedatum]

De wintermaanden lenen zich uitstekend voor zaklampvissen, een waarnemingsmethode die zeer geschikt is voor het opsporen van rivierdonderpadden. Door met een felle zaklamp de oevers te beschijnen zijn rivierdonderpadden en andere vissoorten onder water goed te vinden.

Met name in Noord-Holland en Zuid-Holland is het zaklampvissen afgelopen jaar veelvuldig toegepast en zijn tientallen nieuwe vindplaatsen van de rivierdonderpad ontdekt. Al snel ontstond de vraag of er gedurende het jaar periodes zijn waarbij de trefkans groter dan wel kleiner is. Veel waarnemingen werden namelijk 's winters gedaan.

Zaklampvissen (foto: Jelger Herder)

Methodologisch onderzoek zaklampvissen
Om hier inzicht in te krijgen en de methodiek te verfijnen, is in 2013 een methodologisch onderzoek met zaklampvissen gestart. Hiervoor zijn in drie verschillende provincies, Noord-Holland, Zuid-Holland en Gelderland, in totaal twaalf onderzoekstrajecten uitgezet in verschillende watertypen: grachten, rivieren, kanalen, plassen en beken. De trajecten worden een jaar lang maandelijks door twee personen bezocht waarbij het aantal rivierdonderpadden per lengteklasse geteld wordt met een vaste zoekinspanning.

Rivierdonderpadden (foto: Jelger Herder)

Resultaten
In 2014 zullen de resultaten samen met het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) geanalyseerd worden om te kijken of er sprake is van verschillende trefkansen in verschillende perioden. Tot dusver zijn er acht telrondes uitgevoerd. De resultaten wisselen sterk per locatie. Zo worden in Gelderland en Noord-Holland betrekkelijk lage aantallen rivierdonderpadden waargenomen. In Zuid-Holland echter worden soms meer dan honderd individuen op een locatie geteld. Duidelijk is al dat de weersomstandigheden van grote invloed kunnen zijn. Regen en wind beperken het doorzicht dermate dat het waarnemen van vissen dan vaak lastig of onmogelijk wordt. Lokale omstandigheden, zoals begroeiing, vormen een tweede oorzaak van het belemmeren van het zicht.

Meedoen?
In het begin kan het determineren van vissoorten met zaklampvissen lastig zijn omdat de kenmerken niet goed zichtbaar zijn. Sommige soorten (zoals de zwartbekgrondel) zijn schuw en schieten vaak weg tijdens het schijnen, iets dat de rivierdonderpad niet vaak doet. Deze vis reageert nauwelijks op het licht en laat zich dan ook goed zien en is zo prima te determineren. Wil je dit leren en meedoen? Het project NEM Meetnet Polder- en Beekvissen biedt volop kansen zelf de soort in kaart te brengen. Bekijk de website of stuur een email aan martijn.schiphouwer@ravon.nl

Tekst: Jan Kranenbarg & Kris Joosten, RAVON
Foto’s: Jelger Herder, RAVON