Vijf paar grauwe klauwieren in 50 hectare Limburgse natuur
ARK Rewilding NederlandBericht uitgegeven door ARK [land] op [publicatiedatum]
In de natuurgebieden van ARK Natuurontwikkeling in het Drielandenpark bij Vaals broedden dit jaar maar liefst vijf paar grauwe klauwieren, een substantieel deel van de Limburgse populatie. In 2011 werd het eerste paar ontdekt en toen spraken we al de verwachting uit dat er meer zouden volgen. Blijkbaar is de begraasde ruige natuur zeer aantrekkelijk voor deze zeldzame vogel. Ontwikkeling van het Natuurnetwerk Nederland blijkt hier dus bijzondere resultaten op te leveren.
Sinds 2011 werkt ARK in opdracht van de provincie Limburg onder andere in de gemeente Vaals aan een project voor gebiedsontwikkeling. Dit gebeurt in het kader van het meerjarenprogramma plattelandsontwikkeling van de provincie Limburg. Door middel van vrijwillige kavelruil kunnen we graslanden en akkers aankopen. Zo geeft ARK invulling aan het Natuurnetwerk Nederland (ook bekend als Ecologische Hoofdstructuur). Dit netwerk moet natuurgebieden beter verbinden, met elkaar en met het omliggende agrarische gebied.
In Vaals doet ARK dit op gronden die grenzen aan het Vijlenerbos. Om het bos te verbinden met het omliggende gebied zijn gronden aangekocht, met elkaar verbonden en worden deze gronden het hele jaar begraasd door Schotse hooglanders. Voormalige akkers, hooi- en weilanden veranderen nu langzaam in een mozaïek van bloemrijke graslanden met kort gras, ruigtes en struwelen en een natuurlijke overgang van het Vijlenerbos naar open gebied.
De natuurgebieden hebben in drie jaar tijd een opmerkelijke gedaantewisseling ondergaan. Waar voorheen voornamelijk enkele soorten gras groeiden, bloeien nu honderden soorten bloemen en struiken. Op deze afwisseling zijn grote aantallen sprinkhanen, kevers, vlinders en andere insecten afgekomen. En juist deze insecten vormen het belangrijkste bestanddeel van het voedsel van grauwe klauwieren.
Al in het eerste jaar bleek een paar grauwe klauwieren zich gevestigd te hebben in het nieuwe natuurgebied. Nu, drie jaar later, is dit aantal uitgebreid naar vijf paar op een kleine oppervlakte van 50 hectare natuurgebied. Van de vijf paar brachten zeker vier paar succesvol jongen groot. Blijkbaar is er weer voldoende aanbod van grote insecten, waar deze zomervogels van afhankelijk zijn, en bieden bestaande en herstelde graften en doornstruwelen voldoende broedgelegenheid.
En niet alleen grauwe klauwieren profiteren, in het kielzog van de grazende runderen is het aantal grasmussen en spotvogels gegroeid en maakt zelfs de zeer zeldzame wilde kat gebruik van deze nieuwe natuur.
Wie de natuurgebieden van ARK zelf wil zien is van harte welkom. De gebieden zijn vrij toegankelijk, ook buiten wegen en paden.
Tekst: Twan Teunissen, ARK
Foto: Marc van Meeuwen; Anke Brouns, ARK