Steur

Uitgezette steuren hebben baat bij Groene Poort

ARK Rewilding Nederland
5-JUL-2015 - Vijftien Europese Atlantische steuren hebben inmiddels de Nieuwe Waterweg bij Rotterdam bereikt. De steuren behoren tot de 53 jonge steuren die op 10 juni in de Rijn op de grens met Duitsland werden uitgezet. Al vrij snel na de uitzetting zijn de vissen, met de hoofdstroom mee, naar de monding van de zee gezwommen. De Groene Poort in de Nieuwe Waterweg zal de steuren daar in de toekomst voorzien van voedsel en een rustplaats om te wennen aan de overgang naar zout zeewater. De steuren van ongeveer 4 jaar oud zijn voorzien van een zender (transponder), waarmee de route van deze trekvissen op hun reis naar zee wordt gevolgd.

Bericht uitgegeven door ARK [land] op [publicatiedatum]

Vijftien Europese Atlantische steuren hebben inmiddels de Nieuwe Waterweg bij Rotterdam bereikt. De steuren behoren tot de 53 jonge steuren die op 10 juni in de Rijn op de grens met Duitsland werden uitgezet. Al vrij snel na de uitzetting zijn de vissen, met de hoofdstroom mee, naar de monding van de zee gezwommen. De Groene Poort in de Nieuwe Waterweg zal de steuren daar in de toekomst voorzien van voedsel en een rustplaats om te wennen aan de overgang naar zout zeewater. De steuren van ongeveer 4 jaar oud zijn voorzien van een zender (transponder), waarmee de route van deze trekvissen op hun reis naar zee wordt gevolgd.

Brak is belangrijk
De plek waar de 15 steuren nu ‘rondhangen’ is de enige verbinding in Nederland waar nog een brakke overgangszone aanwezig is. Het zeewater kan hier met vloed ongehinderd de rivier op stromen en mengt zich met het zoete rivierwater dat naar zee afstroomt. Brak water is van levensbelang voor trekvissen. Ze moeten kunnen acclimatiseren voordat ze naar zee vertrekken waar het water zout is. En andersom ook; vissen die vanuit de zoute zee komen, moeten wennen aan het zoete rivierwater. Deze overgangsgebieden zijn van levensbelang voor een gezonde delta.

Steur (foto: Bram Houben)

Groene Poort
Momenteel wordt gewerkt aan de realisatie van een ‘Groene Poort’. Dit gezamenlijke project van Havenbedrijf Rotterdam, Rijkswaterstaat, het Wereld Natuur Fonds en Gemeente Rotterdam laat zien dat natuur en economie elkaar prima kunnen versterken. In het verlengde van de Nieuwe Waterweg, ter hoogte van Het Scheur nabij Rozenburg/Maassluis, worden over een lengte van 5 kilometer natuurvriendelijke oevers aangelegd, waarbij overtollige grond en puin van sloopwerken uit Rotterdam en het omliggende havengebied worden hergebruikt. Dit puin wordt verwerkt in langsdammen die tussen de bestaande strekdammen worden aangelegd. Hiermee ontstaat een luwte tussen oever en langsdam. Hier, in het voedselrijke, brakke water vlak bij zee voelen waterplanten en vogels zich thuis en kunnen trekvissen acclimatiseren én hun buik rond eten voor ze de zee op zwemmen. Via openingen in de langsdammen kunnen ze deze veilige ‘havens’ bereiken.

De Groene Poort (tekening: Jeroen Helmer)

Een andere trekroute om de Noordzee te bereiken dan via de Nieuwe Waterweg is voor de vissen nu nog niet beschikbaar. Dat verandert als in 2018 de Haringvlietsluizen op een kier worden gezet. Als de steuren op zee zijn opgegroeid en in 2018 de rivier op willen trekken, vinden ze een welkome plek in de Groene Poort om juist weer te wennen aan het zoete rivierwater. Of misschien zwemmen ze door de kier in de Haringvlietsluizen en zullen er, na ruim 50 jaar afwezigheid, weer steuren via het Haringvliet en de Biesbosch naar Duitsland en Frankrijk kunnen trekken.

Een nieuwe toekomst voor steuren in Nederland
De terugkeer van de steur, die nog meer bedreigd en zeldzamer is dan de reuzenpanda, is het werk van het Wereld Natuur Fonds, ARK Natuurontwikkeling, Sportvisserij Nederland en Diergaarde Blijdorp en is onderdeel van het Droomfonds Natuurherstel Haringvliet waarin een coalitie van 6 organisaties met steun van de Nationale Postcode Loterij ruim baan maakt voor deltanatuur, trekvissen zoals de steur en trekvogels.

Meer op www.ark.eu/groenepoort en www.steureninnederland.nl.

Tekst: Ineke van Dort en Bram Houben, ARK Natuurontwikkeling
Foto: Bram Houben, ARK Natuurontwikkeling
Tekening: Jeroen Helmer, ARK Natuurontwikkeling