Sneeuwklokjes in volle bloei Prof Oudpark, Ede op 17 februari 2018

Eerste bloeiwaarneming in Natuurkalenderonderzoek 150 jaar oud

De Natuurkalender, Wageningen University
18-FEB-2018 - De oudste bloeiwaarneming in de database van De Natuurkalender is die van een sneeuwklokje op 8 februari 1868 in Oostkapelle. Daarmee hebben we nu 150 jaar lang fenologische waarnemingen in ons land. Het sneeuwklokje bloeit tegenwoordig bijna drie weken vroeger dan normaal. Dit jaar zelfs 30 dagen. De voorsprong in de natuur is door de vorst teruggelopen tot drie weken.

Dit jaar bestaat De Natuurkalender al weer 17 jaar. Op zondag 4 februari 2001 gingen we in de radio-uitzending van Vroege Vogels van start. De teller staat sindsdien op 190 duizend fenologische waarnemingen. Hieronder zitten 70 duizend waarnemingen aan planten. Met grote dank aan de duizenden vrijwilligers en scholieren (die meedoen in het kader van het GLOBE-programma). Al 18 jaar lang vergelijken we de nieuwe waarnemingen met waarnemingen uit het verleden. Daarbij kijken we vooral naar de jaren 1940 tot en met 1968. De plantenlijst waar we in De Natuurkalender naar kijken is gebaseerd op het netwerk dat toen bestond. We beschouwen de periode 1940-1968 als de normaal, er werden toen bijna 90 duizend fenologische waarnemingen van planten verzameld.

Sneeuwklokje drie weken eerder

Er zitten echter nog bijna 32 duizend waarnemingen van voor 1940 in de database waarvan er 12 duizend voor 1900 zijn gedaan. De allereerste waarneming in onze database is die van het gewoon sneeuwklokje op 8 februari 1868 in het Zeeuwse Oostkapelle. Precies 150 jaar geleden! Voor dat voorjaar zijn er helaas maar twee eerste bloeiwaarnemingen bekend, dus het is niet mogelijk om de bloei van het gewoon sneeuwklokje in dat jaar te vergelijken met andere jaren. Het is wel mogelijk om de medianen van verschillende periodes met elkaar te vergelijken. De mediaan is de dag van het jaar waarop de middelste waarneming gedaan is. In de jaren 1868 tot en met 1899 is dat 17 februari (203 waarnemingen). In de periode 1940 tot en met 1968 is dat 19 februari (2747 waarnemingen). Dat verschilt dus niets. In de periode 2001 tot en met 2018 is dat 29 januari (2795 waarnemingen). Drie weken eerder dan in de eerder genoemde twee periodes. Figuur 1 laat zien welk percentage van de eerste bloeiwaarnemingen werd gedaan ten opzichte van 1 januari. Ook hierin is duidelijk te zien dat de waarnemingen in de periode 2001 tot en met 2018 (groene lijn) veel eerder worden doorgegeven.

Figuur 1: Percentage van het aantal bloeiwaarnemingen dat in periodes van 10 dagen afstand van 1 januari (=0) lag

Bloei sneeuwklokje van jaar tot jaar

Sneeuwklokjes op de foto bovenaan het bericht lagen op 8 februari plat als gevolg van de nachtvorst maar hebben zich daarna weer opgerichtPas vanaf 1940 zijn er jaarlijks voldoende waarnemingen om een vergelijking tussen jaren te maken. In Figuur 2 is voor elk jaar met voldoende waarnemingen de mediaan weergegeven. In Figuur 2 is ook duidelijk te zien dat het gewoon sneeuwklokje in de afgelopen periode veel vroeger in bloei komt. Sinds 2001 was alleen 2010 een normaal jaar voor het gewoon sneeuwklokje, alle andere jaren waren vroeg tot zeer vroeg. Dit jaar staat na 2012 en 2008 samen met 2005 op de derde plaats van vroegste sneeuwklokjesjaren ooit. Een klein deel van de vervroeging kan nog veroorzaakt zijn door het meer voorkomen van vroege variëteiten van het sneeuwklokje. Hoe groot die bijdrage is, is moeilijk vast te stellen.

Dat de bloeidatum afhankelijk is van de temperatuur, is goed te zien in Figuur 3. Daar staat de bloeidatum van het gewoon sneeuwklokje uitgezet tegen de gemiddelde temperatuur in de maanden december en januari. Bij elke graad stijging van de gemiddelde temperatuur in december en januari gaat het gewoon sneeuwklokje bijna 6 dagen eerder bloeien. In de jaren 1940 tot en met 1968 lag de gemiddelde temperatuur in december en januari zes keer onder het vriespunt. De afgelopen 18 jaar is dat niet meer voorgekomen. Vroeger kwam de gemiddelde temperatuur nooit boven de vijf graden. Sinds 2001 is dat al zes keer voorgekomen (waaronder dit jaar).

Figuur 2: Mediaan van waarnemingen eerste bloei sneeuwklokje in de periodes 1940 tot en met 1968 en 2001 tot en met 2018 

Figuur 3: Relatie tussen bloeidatum gewoon sneeuwklokje (mediaan) en de gemiddelde temperatuur in de maanden december en januari

Week vertraging door vorst

De vroege voorlentebloeiers zoals hazelaar, gewoon sneeuwklokje, zwarte els en gele kornoelje bloeien dit jaar gemiddeld een maand eerder dan normaal door de zeer hoge temperaturen in de afgelopen maanden. De vorst van de afgelopen dagen heeft een vertraging veroorzaakt van naar schatting een week. We verwachten dat de eerstvolgende voorjaarsbloeiers zoals klein hoefblad, speenkruid, maarts viooltje en bosanemoon zo’n drie weken eerder dan normaal bloeien. De eerste waarnemingen van speenkruid en klein hoefblad zijn al via Natuurkalender.nl doorgegeven. Van maarts viooltje verwachten we de aankomende week de eerste bloeiwaarnemingen.

De vele bloeiende bloembollen laten zien dat de voorlente al volop gaande is

Vinkenslag

Heel kenmerkend voor dit moment van het jaar is de eerste vinkenslag en het gezang van de zanglijster. Er is echter de komende weken steeds meer waar te nemen en door te geven. Een overzicht van alle fenologische gebeurtenissen per soortgroep waar in februari op gelet kan worden in het kader van het Natuurkalenderonderzoek is te zien op deze pagina.

U kunt uw waarneming anoniem doorgeven of met uw Nature Today-account. Als u eerst inlogt kunt u uw eigen waarnemingen terug zien en vergelijken met uw eigen waarnemingen in andere jaren. Heeft u nog geen Nature Today-account? U kunt zich hier registreren. U kunt dan ook gelijk gratis de dagelijkse of wekelijkse nieuwsbrief met alle natuurberichten van Nature Today ontvangen.

Tekst: Arnold van Vliet en Wichertje Bron, De Natuurkalender, Wageningen University
Foto’s: Arnold van Vliet