Kamsalamander

Kamsalamander profiteert soms van droogval, of toch niet?

Stichting RAVON
17-JUL-2019 - Droogte en warmte hebben in 2018 behoorlijk wat effect gehad op de Nederlandse natuur. Het gaat veelal om negatieve effecten en met grote zorgen kijken we naar de toekomst. Soms zijn er ook positieve effecten gemeld, al is het de vraag of die aanhouden als de trend van droogte en hitte zich doorzet. Bij de kamsalamander zagen we dit voorjaar enkele positieve ontwikkelingen. Maar zijn die duurzaam?

In extreem droge jaren vallen ook poelen droog die normaliter nooit droogvallen. De aanwezige, bijna altijd zeer algemene, vissoorten verdwijnen daardoor, wat kansen biedt voor het herstel van amfibieënpopulaties. Aan de hand van twee willekeurige voorbeelden zien we dat het periodiek droogvallen van poelen heel relevant kan zijn voor amfibieën, waaronder de kamsalamander. 

Poel Dwingelderveld

Eind april 2018 werd door RAVON een excursie naar het Dwingelderveld gegeven voor studenten Toegepaste biologie uit Almere. Op het programma stond onder meer een bezoek aan een poel waar een jaar eerder nog met eDNA de aanwezigheid van de kamsalamander was aangetoond. Vol verwachting gingen de excursiedeelnemers met schepnetten aan de slag om deze mooie en vrij zeldzame soort te zien te krijgen. Na stevig scheppen was de opbrengst echter erg mager. Slechts met moeite werd een enkele kleine watersalamander gevangen. Geen enkele kamsalamander werd gevonden. De deelnemers vingen wel veel tiendoornige stekelbaarzen, belangrijke predatoren van salamanderlarven. Deze vondst deed het ergste vrezen voor de kamsalamanders van dit deel van het Dwingelderveld.

In 2019 werd de excursie met een nieuwe groep studenten herhaald. De hoop was gevestigd op droogval in de zomer van 2018, waardoor de stekelbaarzen weer uit de poel verdwenen zouden kunnen zijn. Als er dan nog volwassen kamsalamanders in de landhabitat nabij de poel zouden zitten, dan kunnen die terugkeren. Het Dwingelderveld is echter een behoorlijk nat gebied, waardoor het nog maar de vraag was of er volledige droogval was geweest. Groot was dan ook de verrassing toen een student al bij de eerste poging een kamsalamander ving. Na nog wat scheppen werden uiteindelijk een mannetje en vrouwtje gevangen en tientallen larven! En nog beter; geen enkele stekelbaars werd meer gevonden!

Kamsalamanderlarve

Poel uiterwaarden Wageningen

In Wageningen hadden we een vergelijkbare ervaring. Bij een water in de uiterwaarden waar sinds mensenheugenis kamsalamanders voorkomen, werd al enkele jaren bijna geen kamsalamander meer gevonden. Ook hier bleken jaren geleden al vissen in het water gekomen te zijn, wat zeer nadelig is voor vrijwel alle amfibiesoorten. In 2018 viel dit water voor het eerst in lange tijd volledig droog.

Dit voorjaar werden weer kamsalamanders gevonden en ook hier kwamen ze tot voortplanting; er werden eitjes gevonden! De vissen waren verdwenen, behalve de altijd al aanwezige grote modderkruiper. Dit is een zeldzame vis die geen enkele bedreiging vormt voor amfibieën. Deze vis kan droogval, tot op zekere hoogte, in de vochtige bodem overleven. Nu ook het voorjaar en de zomer van 2019 droog uitvallen, is in juli nog een tweede bezoek aan deze plek gebracht om te controleren hoe het de kamsalamanders vergaat. De poel bleek op een putje van twee vierkante meter na, helemaal opgedroogd. Daarin werd nog een enkele kleine watersalamander gevonden, maar van kamsalamanders geen spoor. Aangenomen mag worden dat er in deze poel dus ook in 2019 geen succesvolle voortplanting van de kamsalamander heeft plaatsgevonden.

Profiteren van droogval

Uiteraard is extreme droogte en verdroging van natuurgebieden zeer zorgwekkend en zijn tal van planten en dieren er niet bij gebaat; sommige soorten doen er echter wel hun voordeel mee. Frequente droogval, zeker als deze al vrij vroeg in het jaar plaatsvindt, is echter ook voor de kamsalamander heel nadelig, zoals het Wageningse voorbeeld laat zien. Verdrogingsbestrijding en klimaatmaatregelen blijven dus van groot belang. Bij poelaanleg kan gelet worden op het toepassen van een diepte waarbij incidentele droogval te verwachten is. Daarnaast dienen poelen, ook bij hoog water, nooit in contact met beek- of slootwater te komen, om kolonisatie door vissen te voorkomen. Voor beheerders en vrijwilligers is er nu alle reden om wateren, waar door vis de kamsalamander als mogelijk verloren wordt beschouwd, toch nog eens goed te gaan onderzoeken.

Meer informatie

Tekst: Rémon ter Harmsel en Jeroen van Delft, RAVON
Foto's: Jelger Herder, RAVON (leadfoto: kamsalamander); Ben Geutskens