Sluipvlieg op eikenprocessierupsen

Natuurlijke bestrijding eikenprocessierups voor derde jaar succesvol in Westerveld

Hellingman Onderzoek en Advies, Kenniscentrum Eikenprocessierups, Wageningen University
23-SEP-2020 - Het stimuleren van natuurlijke vijanden resulteerde in maximaal 75 procent minder eikenprocessierupsnesten en voorkwam overlast. Van de aangetroffen nesten bleek 80 procent volledig leeg gevreten door vogels of volledig geparasiteerd te zijn. Voor het eerst is de activiteit van sluipvliegen merkbaar geweest. Mits goed aangepakt kunnen natuurlijke vijanden de eikenprocessierups beheersbaar houden.

Kun je de eikenprocessierupsproblematiek door natuurlijke vijanden te stimuleren beheersbaar houden? Er is veel interesse in het antwoord op deze vraag. Er is tot nu toe nog maar weinig systematisch onderzoek naar gedaan. In opdracht van de Stichting Boermarke in het plaatsje Wapserveen, onderdeel van de gemeente Westerveld, is aan de Westeinde vier jaar geleden een proeflocatie met 64 eikenbomen opgezet. De volgende maatregelen zijn genomen om natuurlijke vijanden te stimuleren:

  • Plaatsen van vogelnestkasten
  • Plaatsen van vleermuiskasten
  • Plaatsen van insectenkasten met geparasiteerde nesten
  • Inzaaien en aanplanten van bloemen in de berm en een strook weiland
  • Uitzetten van gaasvlieglarven

Proeflocatie natuurlijke bestrijding eikenprocessierups Wapserveen

De 64 eikenbomen op de proeflocatie staan in een laan. Dit was het derde jaar dat alle nesten zijn geteld. Van alle nesten wordt ook bepaald hoe groot ze zijn en in hoeverre ze zijn aangevreten door vogels of zijn geparasiteerd. Het aantal nesten is dit jaar vergeleken met het aantal nesten op vier nabijgelegen controlelocaties waar geen maatregelen zijn getroffen.

  • Wapserveen Westeinde, 33 eikenbomen in een laan
  • Van Helomaweg, gemeente Westerveld, fietspadkant, 64 eikenbomen in een laan
  • Van Helomaweg stille kant, gemeente Westerveld, 64 bomen in een laan
  • N353, 64 bomen in een laan

De bomen in de controlelocaties staan onder dezelfde condities en aanvliegroutes als in de proeflocatie.

Nog geen twee nesten per boom

Op de proeflocatie werden dit jaar 109 nesten aangetroffen en geruimd. Dat betekent dus gemiddeld maar 1,7 nest per boom. Dit aantal is precies gelijk aan het aantal vorig jaar. Uit 80 procent van de nesten die werden aangetroffen op de proeflocaties is geen enkele eikenprocessievlinder uitgevlogen. 16 nesten waren namelijk volledig geparasiteerd door onder andere sluipvliegen en 72 nesten waren volledig leeg gevreten door vogels. De overige 21 nesten waren gedeeltelijk geparasiteerd en voor een deel zijn daar dus eikenprocessievlinders uitgevlogen (zie bijgaande figuur).

Aantal nesten aangetroffen op de proeflocatie en drie controlelocaties. Op elke locatie zijn 64 bomen bemonsterd. Van de nesten op de proeflocatie is bepaald of de nesten leeg gevreten dan wel geparasiteerd zijn

Zeer groot aantal eikenprocessierupsen op een boom op een controlelocatie

In de controlelocaties bleek het aantal nesten fors hoger te liggen. Op de controlelocaties werden in sommige bomen meer dan 20 nesten aangetroffen. Het aantal nesten op de proeflocatie lag 75 procent lager dan op de Van Helomaweg aan de fietspadkant. Daar werden in 2020 in totaal 431 nesten verwijderd (vorig jaar 522). In vergelijking met de andere locaties lag het aantal nesten op de proeflocatie 72, 71 en 28 procent lager.

Op de proeflocatie aan het Westeinde worden sinds 2017 geen nesten meer bestreden gedurende het seizoen. Op de controlelocatie aan de Van Helomaweg worden de nesten minstens twee keer per jaar verwijderd omdat daar een fietspad loopt waar veel fietsers dagelijks langs komen. Opvallend is dat het aantal nesten op de proeflocatie nauwelijks gegroeid is sinds de start van het project Natuurlijke bestrijding.

Aantal nesten per boom in 2018, 2019 en 2020 op de proeflocatie en de vier controlelocaties

Bomen volledig ingepakt op controlelocatie

Niet alleen waren er minder nesten op de proeflocatie, ook waren de nesten op de controlelocaties vele malen groter. Zowel op de Van Helomaweg als de N535 waren bomen volledig ingepakt door eikenprocessierupsen; sommige met naar schatting meer dan 12.000 rupsen per boom. Deze bomen vielen echter net buiten het controlegebied. Het maximaal aantal rupsen per boom geteld op de controlelocatie was circa 5.000.

Tijdens inventarisaties zijn op de proeflocaties geen poppenrovers waargenomen. Ook waren er nauwelijks zichtbare beschadigingen van nesten door vogels, ook niet in het voorjaar, toen er ook in deze locatie veel rupsen van allerlei andere soorten vlinders actief waren. Later in het seizoen waren er wel vogels actief vlakbij singels met bomen, maar niet zo overvloedig als op de proeflocatie.

Vogels Boermarke

Net als in voorgaande jaren zijn op de proeflocatie in 2020 verschillende vogels waargenomen die eikenprocessierupsen aten, waaronder koolmezen, pimpelmezen, bonte vliegenvangers, vinken, zwartkoppen, spreeuwen, ringmussen en spechten.

Pimpelmezen, ringmus en koolmezen die eikenprocessierupsen eten

Van de vogels bleken de mezen de meest effectieve vogels te zijn in de beheersing van de eikenprocessierups. Dit ondanks dat er in 2020 ook op de proeflocatie sprake was van vogelsterfte onder de pimpelmezen, ringmussen en koolmezen. De oorzaak kon niet worden achterhaald. Het is uitgesloten dat de vogels door pesticiden zijn omgekomen, omdat op de locatie geen geen gebruik wordt gemaakt van pesticiden of andere middelen. Later in het seizoen herstelde de populatie en de nestkastbezetting was goed te noemen. Gedurende het broedseizoen zijn slechts twee kasten niet bezet geweest.

Aantal insecten op proeflocatie toegenomen

Boommieren vallen eikenprocessierups in vierde larvestadium aan

In 2020 werden veel soorten insecten waargenomen op de proeflocatie, zoals soldaatjes, lieveheersbeestjes, gaasvliegen, verschillende soorten vlinders, zweefvliegen, kevers en verschillende soorten vliegen, waaronder sluipvliegen en roofvliegen. Langs de stammen van verschillende bomen waren ook veel mieren. Voor het eerste bloeide het boerenwormkruid op de proeflocatie en dat bleek veel insecten aan te trekken, waaronder vlinders zweefvliegen en oorwormen. In 2020 was de populatie actieve sluipvliegen voor het eerst goed merkbaar en meetbaar.

Het was al bekend dat boommieren de jonge eikenprocessierupsen eten. Tijdens de proef is gebleken dat de boommieren in groepen ook eikenprocessierupsen in het vierde larvestadium aanvallen.

Op de proeflocatie werden in voorgaande jaren ook gaasvliegen uitgezet. In 2020 is besloten om geen gaasvlieglarven meer uit te zetten. Het directe effect van de gaasvlieglarven op de eikenprocessierups op de proeflocatie hebben we niet aan kunnen tonen. Gaasvliegen zijn generalisten en geen specialisten. Gaasvlieglarven eten vlindereitjes, jonge rupsen, wantsen, spint en bladluizen.

Sluipvliegen vliegen uit kastjes met oude nesten op de proeflocatie. Voornamelijk Carcelia iliaca, een specialist op de eikenprocessierups

Eikenprocessierups met eitje van sluipvlieg

De overgebleven nesten zijn verzameld en in speciale kisten met uitvlieggaten geplaatst op de proeflocatie. Ook de twee kastjes aan het begin en het eind van het traject met geparasiteerde nesten van de eikenprocessierups blijven staan. Het is de bedoeling dat de natuurlijke vijanden zich op deze manier verder verspreiden in de omgeving.

Om dit object in te laden dien je marketing-cookies te accepteren.
Enkele natuurlijke vijanden op de proeflocatie in beeld (Bron: Silvia Hellingman)

Beheersbaar houden als doel

De resultaten zijn te danken aan de inzet van de boeren, inwoners, vogelwacht, vleermuiswerkgroep en de gemeente Westerveld. De behaalde resultaten in de afgelopen drie jaar zijn een gevolg van een combinatie aan maatregelen die elkaar hebben versterkt en laten zien dat de eikenprocessierupsen op een natuurlijke wijze beheersbaar kunnen worden gehouden vermits de condities goed zijn, zoals:

  1. Voeren van de vogels in de winter en water beschikbaar hebben
  2. Nestkasten moeten op de juiste plek hangen
  3. Onderhoud van de nestkasten
  4. Natuurlijke vegetatie zodat allerlei insecten kunnen schuilen
  5. Voldoende voedsel voor insecten en vogels

Ondanks het feit dat deze manier van beheersing goed werkt, moet er rekening mee worden gehouden dat er altijd sprake zal zijn van nieuwe aanwas aan processierupsen op de proeflocatie vanwege migratie van de vlinders. Het doel van natuurlijke bestrijding is ook niet de eikenprocessierups uit te roeien, maar beheersbaar te houden op een natuurlijke wijze. Dit doel is ruimschoots gehaald.

Tekst: Silvia Hellingman, Hellingman Onderzoek en Advies, Arnold van Vliet, Wageningen University, beiden betrokken bij het Kenniscentrum Eikenprocessierups
Foto’s: Silvia Hellingman