Hoe herken je wespendieven en wat zijn de beste aanwijzingen voor een territorium?

Sovon Vogelonderzoek Nederland
1-JUN-2024 - Buizerd of wespendief? Een bekend en berucht duo op het gebied van determinatie. Onder goede omstandigheden of met veel ervaring zijn ze goed te onderscheiden. Naast dat ze dus niet altijd makkelijk te herkennen zijn, hebben wespendieven in de broedtijd een stiekem karakter. Hoe herken je hem en waarop moet je letten bij het inventariseren?

De wespendief kan vooral op een buizerd lijken. Een doorgewinterde vogelaar ziet allereerst al verschillen in het silhouet: wespendieven hebben een langere staart en in verhouding minder brede vleugels dan een buizerd, maar dit is per houding afhankelijk. In het kleed zijn de verschillen meetbaarder. Zo hebben wespendieven in alle kleden duidelijkere en dikkere breedtestrepen op de staart. Volwassen wespendieven hebben verder een duidelijke zwarte vleugelrand, grote zwarte polsvlekken en dikke strepen van het lichaam naar de ondervleugel lopen. Mannetjes kenmerken zich ook nog door de grijze kop.

Links een wespendief, rechts een buizerd. Let op de verschillen in de polsvlekken, staartbandering en tekeningen op de buik en ondervleugel

Stiekem

Ze gedragen zich niet heel opvallend, die wespendieven. Vaak keren de eerste exemplaren in de eerste week van mei weer terug naar de broedgebieden. De bomen zitten dan weer vol bladeren. Dat maakt het lastig om de nesten, die vaak hoog in de boomkruinen zitten, op te sporen. Vrij kort nadat ze zijn teruggekeerd worden er vaak al eieren gelegd, waarna een onopvallende periode (circa 30 tot 35 dagen) van broeden volgt. Pas als de jongen zijn geboren en steeds groter worden, wordt het gedrag van wespendieven iets opvallender. Maar wat is dat dan?

Aanwijzingen voor een territorium

Gedurende het broedseizoen laten wespendieven baltsvluchten zien. In zo’n vlucht maken ze een vlinderende vleugelslag. Dit is een indicatie van een territorium, maar wespendieven zonder nest kunnen ook vlinderen. Een betere aanwijzing is het transport van voedsel, de raat van een wespennest bijvoorbeeld. Vanaf begin juli kunnen ze jongen hebben en starten de volwassen vogels met zogenaamde voedselvluchten. Kies een plek met goed uitzicht uit om vogels te volgen naar het nest. Het is namelijk eerder regel dan uitzondering dat volwassen wespendieven op kilometers afstand van het nest op zoek gaan naar wespennesten. Zeker de vrouwtjes, die tot wel 40 kilometer van het nest foerageren.

Mannetje wespendief met wespenraat in de klauwen.

Nest

Zoals gezegd is het vinden van het nest lastig. Naast dat ze vaak goed verstopt zitten in een dicht bladerdek in de boomkruinen, zijn nieuwgebouwde nesten vaak ook nog eens kleiner dan een gemiddeld nest van havik of buizerd. Ze laten ook relatief weinig sporen achter. Pas als de jongen groot worden, kun je prooiresten en geruide veren onder het nest verwachten. Nesten die door wespendieven zelf zijn gemaakt bestaan vaak deels uit bebladerde takken. Maar let op, wespendieven maken soms ook gebruik van oude nesten van andere roofvogelsoorten. Dat betekent dat niet elk wespendievennest uit bebladerde takken bestaat.

Meer informatie

Tekst: Sovon Vogelonderzoek Nederland
Foto's: Frank Dröge (leadfoto: wespendief); Hugo Wieleman; Edward Dekker