
Visdief gastvrij onthaald
Vogelbescherming NederlandDaarnaast zijn ze een van de vele bewoners van het Waddengebied. Om verschillende redenen zijn ze flink in aantal achteruitgegaan. Gelukkig kunnen we ze op Ameland een handje helpen. Afgelopen maand is een broedplaats voor ze aangelegd, een schelpeneiland binnendijks op een landtong in de Oosterwijdesloot. Goed nieuws voor een vogel die een eeuw lang grossierde in pech.
Pioniervogels
Met een ligging aan de Noordzee en Waddenzee is Nederland altijd een paradijs geweest voor aan de kust broedende sterns. Makkelijk hebben deze vogels het evenwel niet. Voor een deel ligt dat in hun aard. Ze broeden als zogenaamde ‘pioniervogels’ graag op kale of schaars begroeide plekken, in kolonies bovendien en vaak grenzend aan of nabij de zee met al zijn grillen. Een hevige storm, al dan niet met hoogtij, kan tijdens het broedseizoen zomaar kostbare nesten wegspoelen. In het leven van vogels die aan een dynamische kust broeden, is dat helaas het risico van het vak. De natuur is lang niet altijd ‘lief’. Er zijn echter ook allerlei niet-natuurlijke oorzaken die de sterns door de tijd heen behoorlijk parten hebben gespeeld.
Pechvogel
Je zou de visdief met recht pechvogel kunnen noemen. We gaan even terug in de tijd en verplaatsen ons naar de mode rond 1900. Hoeden en kleding werden versierd met (exotische) vogelveren en opgezette vogels. De fraaie sterns leenden zich hier bij uitstek voor. Ze vielen zelfs zó massaal ten prooi aan deze mode, dat hun aantallen zienderogen afnamen. Enkele adellijke dames trokken zich dit aan en richtten in 1894 de ‘Bond ter bestrijding eener gruwelmode’ op. Hieruit kwam in 1899 Vogelbescherming Nederland uit voort. Een kleine tien jaar later was de wettelijke bescherming van sterns een feit en konden de vogels (voorlopig) ongestoord werken aan hun herstel.
Nieuwe ramspoed
In de jaren vijftig van de vorige eeuw floreerden de sterns weer aan de Nederlandse kusten. Er waren zo’n 40.000 broedparen van de visdief, in uitzonderlijk goede jaren soms zelfs 50.000. Maar de kust bleek niet veilig. Het beroemde vogeleiland De Beer bijvoorbeeld, onder de rook van Rotterdam, werd begin jaren zestig opgeofferd voor Europoort, een groot industriecomplex. Daarmee verdween belangrijke kustnatuur die vermaard was om z’n grote kolonies sterns, waaronder ongeveer de helft van alle visdieven in ons land. Desastreus was ook de lozing van giftige afvalstoffen van een proeffabriek voor het bestrijdingsmiddel Telodrin. Vanuit Rotterdam kwam dat via de Nieuwe Waterweg in de Noordzee en Waddenzee terecht. Dit had, in combinatie met andere vervuiling, een desastreuze uitwerking op sterns en al het andere zeeleven. Het aantal visdieven kelderde naar amper 5.000 broedparen. Na sluiting van de fabriek en andere maatregelen trad er heel geleidelijk wel enig herstel op, maar de vroegere aantallen werden nooit meer geëvenaard. Meer recent speelt vogelgriep de vogels parten. Het virus kan enorm huishouden onder vogels die dicht op elkaar broeden, zoals visdieven. Ook de vos en steenmarter kunnen een kolonie flink tarten. Op Ameland komen deze roofdieren niet voor, maar daar speelt wel een rattenprobleem. Er ligt nu een gezamenlijk plan van verschillende partijen om de aantallen ratten op het eiland te verminderen.
Goed nieuws
Alle reden dus om de visdief te helpen. Bijvoorbeeld met een mooie broedlocatie, die afgelopen maand gereed kwam. Op een landtong van Wetterskyp Fryslân in de Oosterwijdesloot is een laag van tien centimeter schelpen aangebracht over een oppervlakte van 3.000 vierkante meter. Dit schelpeneiland biedt een ideale plek voor pioniervogels als de visdief. Er kunnen ook andere kustvogels terecht die graag op de kale grond broeden, zoals de grote stern, noordse stern, kluut, bontbekplevier en kokmeeuw.
IJme Brijker, voorzitter van de Vogelwacht Hollum-Ballum: "Met dit visdiefparadijs is een lang gekoesterde wens van ons in vervulling gegaan. Voorheen broedden de visdieven en andere kustvogels op de Feugelpôlle, de kwelderstrook onder Hollum. Door zomerstormen met hoge waterstanden en predatie van nesten door ratten en grote meeuwensoorten, raakte de Fuegelpôlle minder in trek. Visdieven weken steeds meer uit naar binnendijkse graslandpercelen, niet een ideaal broedbiotoop. Samen met Rijkswaterstaat en het Wetterskip Fryslân hebben we geëxperimenteerd met speciale broedvlotjes voor de visdief in de Oosterwijdesloot en de Langesloot, met wisselend succes. Het nu ingerichte schelpeneiland is van een veel grotere schaal en biedt diverse vogelsoorten ruimte zonder dat ze elkaar in de weg zitten. Het was fijn dat Vogelbescherming Nederland mee wilde denken bij de realisatie van dit schelpeneiland en voor financiering zorgdroeg vanuit het project ‘Wij&Wadvogels’."
Er wordt goed in de gaten gehouden of het schelpeneiland aan de verwachtingen voldoet en of er geen negatieve effecten zijn op de omgeving. Volgend broedseizoen (2026) zullen we weten of het de visdieven behaagt.
Wij&Wadvogels
In 2019 is een samenwerkingsproject gestart van zeven natuurorganisaties onder de naam ‘Wij&Wadvogels’. Zij werken samen aan het herstel van de natuur en van gezonde vogelpopulaties in het Waddengebied. Wij&Wadvogels is veelomvattend en loopt tot en met 2027. Een deelproject is ‘Weidevogelmaatregelen Ameland’, waaruit onder meer het schelpeneiland voortkwam. Ook zijn er tien plas-draspompen aangeschaft, die via de Agrarische Natuurvereniging Waddenvogels bij verschillende boeren en particulieren op Ameland zijn geplaatst. Hierdoor kunnen in het voorjaar – dat steeds droger wordt – perceelsdelen plas-dras worden gezet. Dat is belangrijk voor weidevogels als de grutto, tureluur en kievit, die in een drassige bodem makkelijk voedsel als regenwormen kunnen vinden. Een wens is ook om in de weilanden meer afwisseling in de vegetatie te realiseren door minder te bemesten. Zo kunnen zich meer bloemen en kruiden ontwikkelen die insecten aantrekken, waar de jonge weidevogelkuikens van leven.
Tekst: Edwin ter Hennepe & Paula Huigen, Vogelbescherming Nederland
Beeld: Marten Beeftink; Edwin ter Hennepe; Jordy van den Berg