De gewone dwergvleermuis is een echte tuinvleermuis

Natuurjournaal 28 augustus 2025

Nature Today
28-AUG-2025 - Vleermuizen in de zomernacht en vlierluizen kruipen bij elkaar.

Soepel en snel fladderen ze door de zomernacht: vleermuizen. Deze bijzondere orde van zoogdieren is een van de meest onbegrepen en tegelijkertijd meest aanwezige diergroep op aarde: maar liefst een op de vijf zoogdiersoorten is een vleermuis. Van de achttien soorten in Nederland komt de gewone dwergvleermuis het meest algemeen voor. Het is een onderdeurtje, dat in een luciferdoosje past. Zo’n tien minuten na zonsondergang vliegen gewone dwergvleermuizen hun schuilplaats uit en gaan aan de slag. Per nacht verorberen ze ieder honderden insecten, waaronder dansmuggen en schietmotten. Ze jagen een paar kilometer van hun verblijfplaats tussen gebouwen, in parken en langs oevers van kanalen, zoveel mogelijk lijnvormige structuren volgend. Je herkent hun vliegpatroon aan de vele bochten en lussen. Zie jij ze vliegen?

Wil jij meer weten over vleermuizen en zou je mee willen doen met een activiteit rondom deze bijzondere zoogdieren? Of wil je zelf een activiteit organiseren? Doe aankomend weekend mee met de Nacht van de Vleermuis!

Ook vlierluizen produceren honingdauw, een goedje dat onder andere mieren graag oplikken

Je ziet ze niet snel, maar op vlier komen nogal wat insectensoorten voor. Een daarvan is de vlierluis. Vlierluizen kunnen blauwgroen tot zwart van kleur zijn en ze kruipen altijd in dichte groepjes bij elkaar op jonge takken. Doordat ze plantensappen uit de takken zuigen, komen vocht en voedingsstoffen nooit op de plaats van bestemming aan. Dat kan schade toebrengen aan de bladeren en de vlierbloesem. Vlierluizen blijven het liefst lang op de vlier zitten, maar ze willen in de zomer nog wel eens verkassen naar onder andere zuring of weegbree in de buurt. Dat zijn hun zogenaamde secundaire waardplanten. Die volksverhuizing is een gelukje voor de vlier: echt grote schade aan de bloemschermen blijft dan uit, omdat die zich pas later in het jaar ontwikkelen. 

Tekst: Karen Bosma, Nature Today; Mike Hirschler, IVN Deventer
Beeld: René Janssen; Mike Hirschler, IVN Deventer