Aantal uitheemse zeewiersoorten in Nederland neemt toe
Nederlandse Voedsel- en WarenautoriteitDe EU ziet zeewier als een belangrijke bron van alternatieve eiwitten binnen een duurzaam voedselsysteem. In Europa wordt, in vergelijking met landen als China, Japan en Korea, heel weinig zeewier gegeten. De consumptie van zeewier neemt in Nederland en in andere Europese landen wel toe. Zo werden er tussen 2009 en 2018 meer dan tweehonderdvijftig nieuwe producten die zeewier bevatten geïntroduceerd op de Nederlandse markt.

Toename zeewierteelt
De teelt van zeewier heeft als voordeel dat dit geen beslag legt op landbouwgrond, er geen zoet water nodig is en dat bij de teelt geen meststoffen en gewasbeschermingsmiddelen gebruikt hoeven worden. Er wordt in Europa, en ook in Nederland, steeds meer zeewier geteeld. In landen die rond de Noordzee liggen (Nederland, België, Frankrijk, Ierland, Verenigd Koninkrijk, Denemarken) worden circa dertig verschillende soorten zeewier geteeld of verzameld. Vanaf ongeveer vijftien jaar geleden is een aantal zeewiertelers actief in Nederland. Zeewier wordt onder andere geteeld in open water – aan lijnen in de Waddenzee, de Noordzee en de Oosterschelde – en in bakken op het land. Het meeste zeewier dat in Nederland wordt geteeld, is bestemd voor menselijke consumptie.
Als er uitheemse zeewiersoorten geteeld worden, kan dit negatieve effecten hebben op het natuurlijke ecosysteem. In Nederlandse wateren worden verschillende uitheemse zeewiersoorten aangetroffen, waaronder soorten die van buiten Europa afkomstig zijn.
Hoeveel geteelde uitheemse zeewiersoorten?
In 2019 is, in opdracht van Bureau Risicobeoordeling & onderzoek (BuRO) van de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA), door GiMaRIS onderzocht welke zeewiersoorten aanwezig waren op Nederlandse zeewierboerderijen en op plekken waar wild zeewier werd geoogst, bijvoorbeeld in de Waddenzee of in de Oosterschelde. Er werden 64 soorten zeewier aangetroffen, waarvan 15 uitheemse soorten. Hiervan werden 5 soorten geteeld: geperforeerde zeesla (Ulva australis), stijf priemwier (Agardhiella subulata), Japans bessenwier (Sargassum muticum), wakame (Undaria pinnatifida) en palmwier/dulse (Palmaria palmata). Deze laatste soort werd alleen aangetroffen in een quarantainebak, bij een kweker van uitgangsmateriaal. De andere 10 soorten werden niet geteeld, maar waren wel aanwezig. Bijna alle 15 uitheemse zeewiersoorten zijn niet alleen uitheems voor Nederland, maar ook voor Europa.

Mogelijke effecten uitheemse zeewiersoorten
Door de teelt van zeewier kunnen uitheemse zeewiersoorten in Nederland worden geïntroduceerd. Wanneer uitheemse zeewiersoorten zich in een gebied vestigen, kunnen zij het ecosysteem ingrijpend veranderen. Ook soorten die als kwaliteitsindicator dienen voor Natura 2000-gebieden, zoals de Waddenzee en de gebieden in de Zeeuwse Delta, kunnen een nadelig effect van uitheemse zeewieren ondervinden.
Uitheemse zeewiersoorten die grote planten vormen, zoals kelpwieren, kunnen stromingen afremmen en deze van richting doen veranderen. De hoeveelheid en de grootte van de sedimentdeeltjes die in het gebied worden afgezet, veranderen daardoor. Dit heeft gevolgen voor de soorten die in het gebied leven. Ook kunnen uitheemse zeewieren met inheemse zeewieren concurreren om ruimte, licht en, in mindere mate, om nutriënten. Sommige zeewiersoorten bevatten stoffen die zeer schadelijk zijn voor vissen die het zeewier eten. Ook zijn er zeewiersoorten die, nadat zij afsterven, zó snel worden afgebroken dat met name in afgesloten wateren verzuring optreedt en het zuurstofgehalte in het water sterk daalt. De waterkwaliteit verslechtert hierdoor, wat effect heeft op de soorten die in het gebied voorkomen.

Soort en ecosysteem bepalen impact
De impact van uitheemse zeewiersoorten is sterk afhankelijk van de soort en het aanwezige ecosysteem. Omdat de uitheemse zeewiersoorten die voor teelt in aanmerking komen meestal snelgroeiende soorten zijn, is het waarschijnlijk dat veel van deze soorten een negatief effect hebben op al aanwezige soorten. Voor de uitheemse zeewiersoorten die in 2019 op zeewierboerderijen en bij de wildvangst werden gevonden, geldt dat deze al algemeen in dat gebied voorkwamen. De teelt van het uitheemse zeewier had in dat gebied daardoor waarschijnlijk geen extra impact op de natuur.
Uitheemse zeewiersoorten kunnen ook een positief effect hebben op soorten die in een gebied voorkomen. Soorten die grote planten vormen, of soorten waarvan veel planten dicht bij elkaar groeien, bieden beschutting aan bijvoorbeeld vissen en garnalen. Niet alleen de zeewieren zelf kunnen een negatief effect hebben op de inheemse soorten. Wanneer zeewier wordt verplaatst, bijvoorbeeld om als uitgangsmateriaal voor de zeewierkweek te dienen, kunnen andere uitheemse soorten meeliften. Dit kunnen zowel diersoorten zijn, als zeewiersoorten die niet geteeld worden. Verschillende van deze uitheemse soorten kunnen zelf ook een negatieve impact hebben op de natuur.
Welke wet- en regelgeving is er?
Om de risico’s van uitheemse soorten in de aquacultuur te beperken, is er wet- en regelgeving. De verordening inzake het gebruik van uitheemse en plaatselijk niet-voorkomende soorten in de aquacultuur bevat regels voor de introductie van uitheemse zeewiersoorten en eventuele meeliftende soorten. Uitheemse zeewiersoorten die nieuw zijn voor Nederland, mogen alleen in een open voorziening worden geteeld wanneer het risico ‘gering’ is. De teelt van uitheemse zeewiersoorten op open zee wordt in Nederland als onwenselijk beschouwd.
Daarnaast is de Omgevingswet van toepassing. Er moet een vergunning worden aangevraagd wanneer de teelt of wildvangst van zeewier nadelige gevolgen kan hebben voor Natura 2000-gebieden. Een vergunning wordt alleen verstrekt als dit geen verslechterende of verstorende gevolgen heeft.
Gezien de opvallende stijging van het aantal nieuwe zeewiersoorten, waarvan een groot deel (elders) geteeld wordt, adviseert BuRO om ervoor te zorgen dat de vergunningverlening en het toezicht op de teelt van uitheemse zeewiersoorten goed wordt geregeld. Ook wordt geadviseerd om een locatiespecifieke vergunning voor de teelt en het verplaatsen van zeewiersoorten alleen te laten verstrekken, als uit een risicobeoordeling blijkt dat de impact op de natuur niet wordt verhoogd door de teelt of het verplaatsen van het zeewier.
Meer informatie
- Advies van BuRO over zeewierconsumptie, zeewierteelt en zeewieraquacultuur in Nederland.
- Rapport van GiMaRIS met een beknopte risicobeoordeling van uitheemse soorten in de Nederlandse zeewierteelt.
- Rapport van GiMaRIS en WMR met een beknopte risicobeoordeling van de zeewierteelt in windmolenparken op de Noordzee.
- Rapport van GiMaRIS met een studie naar de ecologische impact van uitheemse zeewiersoorten met commerciële waarde.
Tekst: Bureau Risicobeoordeling & onderzoek (NVWA)
Beeld: GiMaRIS (leadfoto: stijf priemwier (Agardhiella subulata))
