Zeldzame brandplekpaddenstoelen ontwaken op de Edese Heide

Nederlandse Mycologische Vereniging, Paddenstoelenonderzoek Nederland
3-DEC-2025 - In april woedde op de Edese Heide een zeer grote brand, die meer dan 100 hectare bos en heide in de as legde. In het getroffen gebied zijn tal van bijzondere 'brandplekpaddenstoelen' gevonden. Brandplekpaddenstoelen volgen elkaar in successie op, wat jaren kan duren. De getroffen bomen die zwaar gehavend zijn, zullen schimmels als partner nodig hebben om de komende jaren te overleven.

In Nederland is er een groep van zo’n vijftig paddenstoelen die exclusief of hoofdzakelijk op brandplekken groeien. De meeste brandplekpaddenstoelen zijn tegenwoordig zeldzaam. Brandplekpaddenstoelen vormen zelfs de meest bedreigde groep paddenstoelen in Nederland, waarvan 96 procent op de Rode lijst staat. In het beginstadium na een brand zorgen de schimmeldraden voor een goede structuur in de bodem, zodat de vrijgekomen mineralen en zouten niet zo snel uit kunnen spoelen en langer beschikbaar blijven voor de verschillende flora. 

Houtskoolbekertjes

Een aantal weken na een natuur- of specifiek heidebrand zou je al de eerste brandplekpaddenstoelen kunnen aantreffen, als er voldoende regen is gevallen. Doorgaans zijn Houtskoolbekertjes de eerste die verschijnen. In een daaropvolgende successie kunnen er in de loop van de jaren verschillende soorten brandplekpaddenstoelen voorkomen. Als eerste zijn de ascomyceten aan de beurt, waarna de plaatjeszwammen volgen.

Voor het verschijnen van brandplekpaddenstoelen zijn verschillende factoren van belang. Het moet voldoende warm, zeg maar gerust heet, zijn geweest tijdens de brand. Sporen van bepaalde soorten kiemen pas nadat ze zijn blootgesteld aan zeer hoge temperaturen, soms oplopend tot honderden graden. Ook is het van belang dat er voldoende houtskool voorhanden is. Op de open, schrale heide is veel minder brandstof voorhanden dan in een bos met dood hout en een strooisellaag van naalden of blad. Op de heide zal je dus ook minder brandplekpaddenstoelen aantreffen. Daarnaast is de houtsoort van belang: op of bij naaldhout kun je andere soorten brandplekpaddenstoelen vinden dan bij loofbomen.

De bodemsamenstelling zal tijdens en na een brand veranderen. De pH bijvoorbeeld kan op sommige plekken met enkele eenheden stijgen. Van deze alkalische bodemomstandigheden profiteren vooral houtskoolbekertjes en verschillende soorten brandplekbekerzwammen. 

Een plek waar de temperatuur hoog is geweest, met als resultaat verschillende brandplekpaddenstoelen

Oliebollen

Op de Edese Heide zijn tot nu toe al bijna twintig soorten brandplekpaddenstoelen aangetroffen. Als eerste kwamen de Houtskoolbekertjes tevoorschijn, en even later zag je ook al de eerste Oliebolzwam. De Oliebolzwam groeit op de door de brand aangetaste wortels van dennen. Op de plekken waar de temperatuur het hoogst is geweest, groeien de meeste brandplekpaddenstoelen en is het aantal soorten het hoogst. Doorgaans zijn dit plekken waar veel takken of een boom heeft gelegen. Dit zie je ook terug in andere onderzoeken die zijn gedaan na een natuurbrand.

De Brandplekbundelzwam is massaal aanwezig en zal de komende jaren de meest donimante soort zijn is de verwachting. Het is een van de meest algemene soort die op brandplekken kan voorkomen, en kan zelfs op stammen van bomen groeien. Ook komen er verschillende soorten brandplekbekerzwammen voor die in het veld niet van elkaar te onderscheiden zijn, zoals de Beroete brandplekbekerzwam en de Purperbruine brandplekbekerzwam. Het zijn prachtig uitziende komvormige vruchtlichamen waarin de sporen aan de binnenzijde worden gevormd. Op de verbrande stammen en takken groeien grote aantallen van het Brandpelsbekertje. Dit zijn kleine komvormige bekerzwammetjes, met een witte binnenenzijde en een prachtige behaarde buitenrand. In het gebied zijn de afgelopen tijd drie soorten Pekzwammetjes aangetroffen, zoals het Knobbelsporig, Gladsporig en het Rondsporig pekzwammetje. In verschillende onderzoeken de afgelopen jaren na een natuurbrand zijn ook telkens deze drie soorten aangetroffen. Ook de Brandplekfranjehoed en de Brandplekinktzwam hebben zich al laten zien.  

Boven, v.l.n.r.: Purperbruine brandplekbekerzwam, Knobbelsporig pekzwammetje, Gewoon houtskoolbekertje. Midden: Brandpelsbekertje, Brandplekbundelzwam, Oliebolzwam. Onder: Purperbruine brandplekbekerzwam, Brandplekinktzwam, Beroete brandplekbekerzwam

Veel slijmzwammen op verbrand hout

Bijzonder is de grote hoeveelheid aan slijmzwammen op verbrande takken, stammen en bomen in het getroffen gebied. Vooral het Olijfkleurig boomkussen heeft zich massaal laten zien. In een onrijp stadium vallen de organismen goed op, met hun feloranje kleur. Als dit plasmodium een rijp vruchtlichaam vormt, krijgt het een groengrijze kleur. Verspreid over het gebied zijn op een aantal rechtopstaande verbrande stammen van Grove den vruchtlichamen van het zeldzame Zwart dropkussen gevonden. Op deze verbrande stammen vallen ze nauwelijks op, omdat het vruchtlichaam zwart van kleur is. 

Slijmzwammen (Myxomyceten) zijn piepkleine, eencellige organismen, die vrijwel hun hele leven verborgen blijven in hout of in de bodem. Pas in de laatste fases van hun levenscyclus worden ze zichtbaar, wanneer ze op het substraat kleine of juist opvallend grote vruchtlichamen vormen. Tijdens hun ontwikkeling doorlopen slijmzwammen meerdere stadia. Ze beginnen als afzonderlijke cellen, maar kunnen later samensmelten tot een beweeglijke, slijmerige massa: het plasmodium. Zowel de losse cellen als het plasmodium zijn in staat om zich voort te bewegen. Het plasmodium verschijnt meestal als een klein, glibberig propje of een dun draadje op het substraat. Hierna kan het plasmodium vruchtlichamen produceren waarin de sporen worden gevormd. 

Slijmzwammen worden niet direct in verband gebracht met brandplekken, maar uit meerdere inventarisaties en onderzoeken na verschillende natuurbranden, zoals in Doldersummerveld in 2018, De Peel in 2020 en Sallandse Heuvelrug 2022, is naar voren gekomen dat vooral het Olijfkleurig boomkussen bij elke inventarisatie en onderzoek in enorme aantallen is aangetroffen. Het is voor ons nog onbekend waarom dit organisme na een brand zo massaal tevoorschijn kan komen.

Boven het Zwart dropkussen, onder het Olijfkleurig boomkussen met rechts het oranje onrijpe stadium en links het rijpe stadium waarin de sporen rijp zijn

Schimmels verbonden met bomen

Schimmels spelen een cruciale rol bij de overlevingskans van de getroffen bomen de komende jaren. Een aantal naald- en loofbomen heeft de brand niet overleefd, en daar zie je verschillende soorten spechten al gretig gebruik van maken. De bomen die het wel hebben overleefd, gaan een zware tijd tegemoet. Zullen zij de komende jaren overleven?

Schimmels die in symbiose met bomen leven, kunnen daar een cruciale rol in gaan spelen. Bij een aantal van de aangetaste, maar nog levende naald- en loofbomen, zijn deze herfst verschillende soorten myccorhizapaddenstoelen aangetroffen, wat een positief signaal is. Deze paddenstoelen kunnen met hun mycelium, dat verbonden is met de worteltopjes van de boom, zorgen voor de aanvoer van mineralen en water. Dat hebben bomen hard nodig in de komende jaren, denk vooral aan de droge en warme perioden in de zomer. In de omliggende bossen, waar de brand niet heeft gewoed, is de diversiteit aan mycorrhizapaddenstoelen groter. Vanuit deze plekken zouden deze paddenstoelen zich kunnen uitbreiden naar het getroffen gebied waar de aangetaste bomen staan. 

Paddenstoelen die in symbiose leven met de getroffen bomen

Meer informatie

Tekst: Ronald Morsink, Paddenstoelenonderzoek Nederland 
Beeld: Ronald Morsink