vissterfte zenne

Vissen sterven door regen

10-DEC-2011 - November 2011 zal herinnerd worden als een extreem droge herfstmaand. Toen het, na weken van droogte, op 2 december voor het eerst opnieuw beduidend regende, volgde daarop een grote vissterfte in de Zenne.

Bericht uitgegeven door Natuurpunt Studie en Natuurpunt Beleid [land] op [publicatiedatum]

November 2011 zal herinnerd worden als een extreem droge herfstmaand. Toen het, na weken van droogte, op 2 december voor het eerst opnieuw beduidend regende, volgde daarop een grote vissterfte in de Zenne.

Het weer van 2011 is erg uitzonderlijk te noemen. Na een extreem droog voorjaar en een natte zomer, volgde een zeer zachte en droge herfst. In tegenstelling tot het normale druilerige herfstweer, viel er in november amper een paar millimeter regen. Een plensbui kon niet uitblijven. In de nacht van 1 op 2 december passeerde de eerste beduidende regenzone sinds weken.

Door het plotse zuurstoftekort stierven heel wat vissen in de Zenne (foto: Chantal Deschepper)

De dag nadat deze regenzone gepasseerd was, merkten vrijwilligers van Natuurpunt in de Zenne ter hoogte van Mechelen honderden dode en stervende vissen op. De meetsonde van de Vlaamse Milieu Maatschappij (VMM) gaf op 2 december in Eppegem (Zemst) een scherpe daling aan van het zuurstofgehalte van de Zenne, tot een minimum van 0,3 mg per liter. Dat is 30 keer lager dan normaal, en ver beneden de grens van 1.5 mg/L, waarbij vissterfte optreedt. De daling van het zuurstofgehalte viel samen met een piek in de troebelheid terwijl het debiet van de waterloop steeg van ca. 8 naar ca. 23 m³ per seconde (bron VMM). De plotse sterke daling van het zuurstofgehalte veroorzaakte de opvallende vissterfte die kon worden waargenomen tot in het Mechelse. In het aangrenzende Zeekanaal Brussel-Schelde en de Tangebeek bleef de waterkwaliteit normaal.

Dat de vissterfte tot stand kwam na een regenbui kan verklaard worden door een fenomeen dat in de stadshydrologie ‘first flush’ wordt genoemd. Tijdens lange droogteperiodes met kleine debieten in de rioleringen gaat zich op diverse plaatsen sterk verontreinigd slib afzetten. Ook in allerlei goten en afvoerkanalen buiten de rioleringen gaat de verontreiniging zich door een gebrek aan ‘doorspoeling’ ophopen. Bij de eerste sterke regenval wordt dit dan losgeweekt en doorgespoeld. Dat zorgt voor een piekdebiet met troebel, verontreinigd water met een zeer laag zuurstofgehalte. Het probleem is vooral daar acuut waar nog veel regenwater samen met afvalwater afgevoerd wordt. Wanneer de waterzuiveringsinstallaties op die plaatsen een te beperkte capaciteit hebben om piekdebieten op te vangen, is er een aanzienlijk overstort van vuil water dat rechtstreeks naar de rivieren gaat. Vooral waterlopen met een grote aanvoer vanuit rioleringen en een relatief beperkte capaciteit aan waterzuiveringsinstallaties, zoals de Zenne, zijn gevoelig aan dit fenomeen.
Deze doorspoeling is een probleem dat je in de zomer verwacht, bij een hevige bui na een lange droge periode. Maar vorige week werd bewezen dat het dus ook in december kan.

Melding maken van plotse verontreiniging en vissterfte kan bij de milieudienst van uw gemeente, of de lokale politie.

Meer info:
Visstand in een bepaalde rivier

Tekst: Marc Herremans & Wim Van Gils
Foto: Chantal Deschepper