Iets meer vlinders in razendspannende Tuinvlindertelling
De VlinderstichtingUiteindelijk is de atalanta de winnaar, met bijna 23.000 vlinders, maar het klein koolwitje en de dagpauwoog zaten er vlak achter. Er kunnen nog wat tellingen van de afgelopen dagen worden ingevoerd, maar de resultaten zullen niet veel meer veranderen. Op vrijdag, de startdag, nam de atalanta direct de koppositie in, maar zaterdag nam de dagpauwoog die positie over. Zondagmiddag kwam plots het klein koolwitje sterk opzetten en stond deze lang op de eerste plaats. In de avond was het stuivertje wisselen tussen de atalanta en het klein koolwitje, maar uiteindelijk werd het dus toch de atalanta.
Het is een redelijk goed jaar voor de tuinvlinders en daar zijn we heel blij mee. Vorig jaar was het dramatisch en was het de vlinderarmste telling sinds de start van de Tuinvlindertelling in 2009. Er zijn, tot en met zondagavond, bijna 15.000 tellingen ingevoerd en dat is ook een record. Per telling werden er dit jaar 9,8 vlinders doorgegeven en dat zien we nu als een goede uitslag. Het telweekend is natuurlijk een steekproef en we zien vanaf 2009 dat er ‘goede’ en ‘slechte’ jaren zijn. Zaken als het weer tijdens het weekend en de vliegtijd van de zomervlinders spelen daarin een belangrijke rol, maar als we die goede jaren bekijken, zie je dat deze steeds minder goed worden en de slechte jaren steeds slechter. In de tellingen van 2009 tot en met 2016 werden gemiddeld meer dan 16 vlinders per telling geteld, met een goed jaar, 2013, met meer dan 28 vlinders per telling en het ‘slechtste’ jaar, 2011, met 10,5 vlinders. Vanaf 2017 worden er gemiddeld maar 8,4 vlinders geteld, met in het beste jaar, 2021, ruim 10 vlinders, maar in het slechtste jaar, 2024, maar 5. Dit jaar zat, vergeleken met die laatste periode, met 9,8 dus ook aan de goede kant.
Zoals gezegd was de atalanta uiteindelijk de meest getelde vlinder als we het over het hele land bekijken. Per provincie waren er echter flinke verschillen. In het westen van het land was de atalanta de talrijkste vlinder, maar in Groningen, Friesland, Drenthe en Overijssel was dat de dagpauwoog. In de zuidelijke provincies is het klein koolwitje het meest geteld. De kleine vos, een voorheen algemene tuinvlinder die ook al viermaal de meest getelde vlinder was, is maar weinig geteld. Alleen in Noord- en Zuid-Holland, Groningen, Friesland, en Flevoland stond deze vlinder in de top tien. De koninginnenpage is bijna 1000 maal doorgegeven tijdens de Tuinvlindertelling. Dit is een grote, spectaculaire en mooi gekleurde vlinder die dertig jaar geleden alleen in Zuid Nederland kon worden gezien. Door klimaatverandering zien we dat de soort nu in het hele land aanwezig is en zelfs tot in de noordelijke provincies is geteld. Een andere leuke krent in de vlinderpap is de kolibrievlinder. Dit is een nachtvlinder, maar wel een overdag actieve die je vooral in tuinen tegenkomt. Deze is meer dan 3500 maal geteld.
Tekst en foto’s: Kars Veling, De Vlinderstichting