'Het was een dood ven. Maar nu krijgt het bijzondere natuurwaarden.'

Provincie Noord-Brabant
24-AUG-2020 - Vanwege de aanhoudende droogte is men, een week eerder dan gepland, begonnen met het baggeren van slib in het Greveschutven, in natuurgebied Valkenhorst in Valkenswaard. Daarmee is een project van omvangrijke natuurherstel en -ontwikkeling zichtbaar gestart. Er komt ruimte voor een schraler ven, vochtige heide en natte laagten. In 2022 worden de herstelwerkzaamheden afgerond.

“Het Greveschutven is een groot ven van wel twintig hectare oppervlak. Daarbij liggen enkele baaien die min of meer afgesloten zijn van het grote ven. Het ven is een eeuw lang gebruikt als visvijver, waardoor een dikke sliblaag op de bodem ontstond. Die was zo dik, dat het een dood ven werd. Die sliblaag graven we af. Het is onderdeel van een omvangrijk project waarmee het Greveschutven, zijn baaien en omgeving een parel worden in het Natura 2000-gebied Leenderbos, Groote Heide & De Plaeaux,” vertelt Mari de Bijl, beheerder Zuid-Oost Brabant voor het Brabants Landschap en bekend als boswachter van het gebied.

Uitzicht op het Greveschutven vanaf de tijdelijke dam. Die dam zorgt ervoor dat de achterliggende baai water blijft houden, om het leefgebied van libellen in stand te houden tijdens het verwijderen van het slib

Behoefte aan eiwitten

Gedurende de hele twintigste eeuw werd er vis gekweekt in het Greveschutven. Mari de Bijl: “Er was onder de arme bevolking behoefte aan extra eiwitten. Vissen konden dat leveren. Die werden in het ven gekweekt. Het overtollige voedsel voor de vissen zakte naar de bodem en vormt nu een voedselrijke sliblaag die de plantengroei in het ven belemmert. Begin van deze eeuw eindigde de kweek en zijn we gaan kijken wat we konden doen om het ven weer zijn bijzondere natuurwaarde terug te geven en om zeldzame soorten te kunnen behouden, zoals libellen, amfibieën en vogels.”

Foto gemaakt vanaf een bootje op het ven. Ook in de rietkraag wordt het slib verwijderd

Zwakgebufferd ven

De bijzondere natuurwaarde van het Greveschutven uit zich in het voorkomen van onder andere de broedvogels roerdomp en woudaap, gevlekte witsnuitlibel, heikikker en de plantensoorten klein en plat blaasjeskruid, draad- en snavelzegge, beenbreek en duizendknoopfonteinkruid.

Het doel is om het Natura 2000-habitattype ‘zwakgebufferd ven’ en soorten als duizendknoopfonteinkruid, speerwaterjuffer en heikikker te behouden en te herstellen. In het plan wordt nadrukkelijk rekening gehouden met het landschap (overgang beekdal - heide) en de cultuurhistorie (inlaten van water en gebruik van voormalige visvijvers).

De ‘tussenvijver’, die ook op de kaart staat. Deze hoort ook bij het Greveschutven en ook hier wordt het slib verwijderd

Naaldbos

Het herstel van het Greveschutven en omgeving bestaat uit nog veel meer maatregelen. “We zijn vorig jaar al begonnen met de kap van zo’n tien hectare naaldbos. Naaldbos blijft het hele jaar verdampen en werkt dus erg verdrogend,” legt Mari uit. “Het kwelwater in de omgeving is water van zeer goede kwaliteit uit diepe ondergrondse lagen. Door het kappen van de bomen komt het kwelwater weer aan het oppervlak en in het ven, in plaats van dat bomen het onttrekken. Daardoor zullen delen van het ven niet meer droogvallen en verbetert de waterkwaliteit. Dit draagt bij aan het hydrologisch herstel.”

Mari vervolgt: “Het oorspronkelijke heidegebied komt weer terug nu de bomen zijn gekapt. Zo vormt het landschap meer een eenheid en ligt het ven niet meer geïsoleerd in een bosomgeving. De ecologische kwaliteit neemt hierdoor aanzienlijk toe.”

Later in het project zal de bomenkap worden gecompenseerd door nieuwe bomen te planten in de omgeving, bijvoorbeeld aan de noordzijde van het Greveschutven.

Foto vanaf de oever van het Greveschutven gemaakt. Er worden wilgenstruwelen verwijderd voor meer ruimte voor heide-ontwikkeling. Niet álle wilgen gaan weg, ze hebben ook ecologische en landschappelijke waarde

Achtereinds Laag

Grenzend aan het Natura 2000-gebied liggen voormalige landbouwgronden die vrijgekomen zijn: het Achtereinds Laag. Dit gebied wordt omgevormd naar waardevolle natuur. Daarvoor worden watergangen gedempt en een venachtige laagte wordt weer uitgegraven. Op de lage delen komt vochtige heide en vochtig hooiland. Er worden houtsingels met boomvormers aangeplant en er komt een meer gevarieerde overgang naar het bos. Dit vergroot het effect van de maatregelen die ín het Natura 2000-gebied worden genomen. Mari de Bijl legt uit: “Het Natura 2000-gebied wordt zo als geheel robuuster. Deze nieuwe natuur vormt een buffer tussen bestaand landbouwgebied en het Natura 2000-gebied. Zo is er minder vermesting van het grondwater dat in het Greveschutven terecht komt en wordt het grondwater beter vastgehouden in het ven en de directe omgeving ervan.”

De sliblaag wordt weggehaald

Sloten en greppels

Aan de zuidkant van het Greveschutven liggen veel sloten en greppels. Deze werken ook ontwaterend en daarom worden ze gedempt. Ook dit is een maatregel om hydrologisch herstel mogelijk te maken. De stukjes hoogveenbos die hier liggen worden bewaard; dat is een weinig voorkomend bostype.

Ten zuiden van het ven ligt ook een laagte. Deze is enkele jaren geleden samen met Waterschap de Dommel weer teruggebracht in het landschap. De laagte was vroeger onderdeel van het Greveschutven en zal dat straks weer zijn. Dit gedeelte zal in de zomer droogvallen, waardoor er specifieke flora en fauna zal kunnen voorkomen.

Uitzichtpunt

Het hele gebied rond het Greveschutven is niet toegankelijk voor publiek. Later zal in het noordelijk deel van het Achtereinds Laag een wandelpad en een uitzichtpunt worden aangelegd.

Meer informatie

Meer informatie is hier te vinden:

Tekst: Dianne Renders en Annelies Cuijpers, Provincie Noord-Brabant en Brabants Landschap
Foto's: Mari de Bijl (leadfoto: dankzij aanhoudende droogte was het mogelijk een week eerder te beginnen met baggeren); Dianne Renders, Brabants Landschap; Lizette Koekkoek, Brabants Landschap