aangespoelde Grote heremietkreeft in een kapotte Wulk. Gaan we deze populaire soort ook op het strand minder zien? De bruine korst is van de Ruwe zeerasp, een kolonievomende hydroïdpoliep die vaak meelift

Verdriet om de Grote heremiet

Stichting ANEMOON
14-APR-2024 - Tijdens een duik-winterweekend van het Monitoringproject Onderwater Oever in maart 2024 zagen de duikers nauwelijks meer Grote heremietkreeften. Deze bij duikers en het grote publiek populaire soort lijkt, net als de Zeekreeft, af te nemen. Een triest vooruitzicht

Heremietkreeften zijn geliefd. Zowel bij duikers die meedoen aan het Monitoringproject Onderwater Oever (MOO) als bij waarnemers van andere projecten en bij het grote publiek. Deze aandoenlijke kreeftachtigen (her-)gebruiken slakkenhuizen. Daarmee beschermen ze hun weke achterlijf. Zie je onder water een slakkenhuis sneller bewegen dan een kruipende slak, dan zit daar zo'n kringloopkreeft in. De Grote heremietkreeft, de bekendste en tevens grootste soort, leeft zowel in de Noordzee als in de Waddenzee en de Zeeuwse wateren. Kleinere exemplaren leven ondiep, grotere dieper. Deze soort was altijd algemeen. Maar dat lijkt nu veranderd.

Zoals bij alle heremietkreeften is het achterlijf van de Grote heremietkreeft (Pagurus bernhardus) onverhard en week (zie het aangespoelde exemplaar links). Daarom verstoppen ze het in een slakkenhuis. De dieren kunnen vele jaren leven en worden tien centimeter of groter. Als ze groeien, wisselen ze van slakkenhuis. Rechts: exemplaar in de schelp van een Wulk bij de Zeelandbrug

Winterweekend voor duikers

Van 1 tot en met 3 maart 2024 werd door Stichting ANEMOON in samenwerking met de Biologische Werkgroep weer een speciaal winterweekend gehouden voor duikers die meedoen aan het Monitoringproject Onderwater Oever. Er wordt dan onder meer uitgekeken naar zout- en brakwatersoorten die uitsluitend of vooral in de wintermaanden te zien zijn. Zoals naar de Snotolf en de Slanke waaierslak. Deze duikbijeenkomsten zijn echter met name bedoeld om ook uit de wintermaanden voldoende waarnemingen te verkrijgen van veel algemene, gewone soorten. Zoals heremietkreeften.

Links: Grote heremietkreeft in duikhandschoen in betere tijden; rechts: duiker in de winterperiode

De Grote heremiet zagen ze niet

Tijdens het weekend zijn ruim vijftig duiken uitgevoerd en werden ten minste zestien duiklocaties één of meer keren onderzocht. Daaronder waren bekende locaties in het Grevelingenmeer als de Nieuwe Kerkweg (Den Osse), Het Gemaal (Dreischor) en het Koepeltje (Scharendijke). Maar er werd ook gedoken in de Oosterschelde, zoals bij De Hoge Weg (Wemeldinge), Putti’s Place (Wilhelminadorp) en op een van de meest favoriete duiklocaties van Nederland: de Zeelandbrug nabij Zierikzee. Er werd weer veel gezien en genoten en door tientallen waarnemers werden honderden waarnemingen ingevoerd via het MOO-portaal. Al heel snel viel op dat de Grote heremietkreeft ten opzichte van voorgaande jaren nauwelijks meer aanwezig was. Sterker nog, in totaal werd tijdens het hele winterweekend maar één exemplaar gesignaleerd!

Heremietkreeften zijn populair. Onder water of in de getijdenzone kijken de groene oogjes van de Grote heremietkreeft enthousiast terug. De rechterschaar is het grootst, in tegenstelling tot bij de Kleine heremietkreeft (Diogenes pugilator). Links: dier in een tepelhoren begroeid met Ruwe zeerasp (Hydractinia echinata); rechts poging tot paring van twee volgroeide dieren, beide in schelpen van de Wulk (Buccinum undatum)

Afname

Wie circa vijf jaar geleden in de Oosterschelde ging duiken, had een kans van circa tactig procent om één of meer Grote heremietkreeften te zien. De kans om meer dan tien exemplaren aan te treffen was ook aanzienlijk, bijna veertig procent. Uit een voorlopige trendanalyse van duikwaarnemingen gedaan in het kader van het MOO-project, blijkt dat de soort sinds 2020 opeens begint af te nemen. In 2023 lijkt deze daling zich versneld voort te zetten. En nu, in 2024, was er opeens de opvallende afwezigheid tijdens het duikweekend. In het Grevelingenmeer lag de trefkans van de Grote heremietkreeft altijd al lager dan in de Oosterschelde. Toch was de trefkans tijdens een duik in de wintermaanden nog altijd nog zo’n vijfentwintig procent. Van een afname sinds 2020 zoals we in de Oosterschelde zien, was in de laatste vier jaar (nog) geen sprake. Tot dit MOO-winter weekend dan. Ondanks de oproep om speciaal naar de kluizenaarskreeften uit te kijken, werd de soort tijdens dertig duiken in het Grevelingenmeer niet meer aangetroffen.

Speculaties

Of de afname van de Grote Heremietkreeft te maken heeft met de vorig jaar waargenomen sterfte van de Zeekreeft is niet duidelijk. Tot op heden is nog onbekend waardoor de Zeekreeften sterven. Onderzoek door Wageningen Marine Research leverde nog geen boosdoener op in de vorm van een bacterie of andere ziekteverwekker. Omdat er alle reden voor is, komt er nu nieuw onderzoek. Tijdens het MOO-winterweekend werden overigens nog meerdere gezonde Zeekreeften gezien.

Oproep

De tijdens het winterweekend waargenomen afname van de Grote heremietkreeft ging, net als geldt voor andere kreeftachtigen, veel duikers aan het hart. Vanzelfsprekend willen we hier graag meer over weten en de vinger aan de pols (of schaar) houden. Reden om alle duikers op te roepen ook goed naar heremietkreeften uit te kijken en waarnemingen door te geven.

Jongere, kleinere exemplaren van de Grote heremietkreeft gebruiken kleinere slakkenhuizen. Links: exemplaar in de schelp van een Purperslak (Nucella lapillus). Rechts: ook slakkenhuizen van exoten als de Japanse stekelhoren (Ocinebrellus inornatus) worden gebruikt

Meer informatie

  • Vanaf de oprichting in 1994 worden veel onderwaterdieren via het Monitoringproject Onderwater Oever (MOO) op een systematische manier geïnventariseerd met behulp van sportduikers. Zo houden we in de gaten van welke soorten populaties toe- en afnemen. In de Oosterschelde en het Grevelingenmeer, maar ook op andere plaatsen. De resultaten worden onder andere gebruikt bij het Netwerk Ecologische Monitoring (NEM) om de kwaliteit van diverse Europese beschermde habitattypen te beoordelen
  • Als je duikt of snorkelt en wilt meehelpen veranderingen in het onderwaterleven te volgen, dan is het Monitoringproject Onderwater Oever vast iets voor jou. Registreer je als waarnemer via het ANEMOON-invoerportaal of stuur een mail voor nadere informatie naar info@anemoon.org.

Tekst: Adriaan Gmelig Meyling, Julia van Beinum, Rykel de Bruyne, Stichting ANEMOON en Anne Lamers, Lilian Schoonderwoerd, Biologische Werkgroep.
Beeld: PICTAN (leadfoto: aangespoelde Grote heremietkreeft in een kapotte Wulk met bruine korst van de Ruwe zeerasp, een kolonievomende hydroïdpoliep die vaak meelift); Marion Haarsma; Ad Aleman; Alie Postma