Sabal antillensis Curacao Seru Bientu.

Belangrijke nieuwe inzichten voor zeldzame Caribische palmen

Dutch Caribbean Nature Alliance (DCNA)
11-MEI-2024 - Recente genetische studies naar de inheemse palmsoorten in het Nederlands Caribisch gebied, met name naar Sabal antillensis op Curaçao en Sabal lougheediana op Bonaire, hebben cruciale inzichten opgeleverd die bevestigen dat deze twee soorten endemisch zijn voor hun respectievelijke eilanden.

Deze palmen, die pas in het laatste decennium beschreven zijn, laten niet alleen de rijke biodiversiteit van Caribisch Nederland zien, maar ook de mogelijkheden voor herstel.

Sabal lougheediana op Bonaire is extreem bedreigd, met naar schatting nog maar 23 volwassen exemplaren in het wild. Bovendien worden deze palmen geconfronteerd met een populatiecrisis, voornamelijk als gevolg van voortdurende begrazing door verwilderd vee (geiten en ezels) waardoor nieuwe zaailingen zich niet kunnen vestigen. Sabal antillensis op Curaçao daarentegen gedijt goed onder effectieve instandhoudingsstrategieën. Nieuw onderzoek, een samenwerking tussen het Montgomery Botanical Center (Florida, VS), BonBèrdè, CARMABI, Wageningen University & Research en Cornell University, maakte gebruik van genomische gegevens om te bewijzen dat beide palmen inderdaad verschillende soorten zijn. De resultaten bevestigden hun genetische uniciteit en hielpen bij het beantwoorden van twee vragen: zijn deze twee populaties inderdaad verschillende soorten, en zijn de inspanningen voor het behoud ex situ voldoende representatief voor de genomische diversiteit van elke soort?

Genetische problemen

Een interessant resultaat van deze studie was een ernstig genetisch knelpunt in Sabal lougheediana, gekenmerkt door een lage genetische diversiteit en hoge inteeltniveaus. Dit is een punt van zorg, aangezien genetische diversiteit cruciaal is voor de weerbaarheid van soorten tegen veranderingen in het milieu en ziekten. Omgekeerd vertoont Sabal antillensis een iets betere genetische gezondheid, maar heeft ze nog steeds strategische instandhouding nodig om de genetische diversiteit te behouden en mogelijk te verbeteren.

Sabal antillensis in Curaçao Seru Bientu

Inspanningen voor natuurbehoud

Als antwoord op de dringende instandhoudingsbehoeften zijn initiatieven, zoals de bouw van een tijdelijk uitsluitingshek, geïmplementeerd om ten minste een deel van de Sabal palmen op Bonaire te beschermen. Dit heeft geleid tot onmiddellijke resultaten, waaronder een merkbare toename van zaailingen van planten binnen het omheinde gebied. Door de herbivore druk van geiten en ezels weg te nemen, kunnen deze palmen zich voortplanten en mogelijk de genetische diversiteit in de loop van de tijd vergroten. De uitvoering van het Bonaire Sabal Palm Park, een project gericht op de volledige bescherming van S. lougheediana op Bonaire, is in 2020 voorgelegd aan het eilandsbestuur. Hoewel de financiering voor dit project in 2023 is veiliggesteld, wacht het project nog op de definitieve goedkeuring.

Bovendien benadrukken de bevindingen van deze studie het belang van ex situ instandhoudingsinspanningen, waarbij planten buiten hun natuurlijke habitat worden behouden. Deze inspanningen hebben voldoende succes gehad, aangezien de genetische samenstelling van de palmen die ex situ bewaard zijn gebleven nauw aansluit bij die in het wild, wat suggereert dat deze instandhoudingsmaatregelen kunnen helpen de genetische diversiteit te behouden als de omstandigheden in situ verslechteren.

Sabal lougheediana op Bonaire

Sabal antillensis op Curaçao

Vooruitkijken

Dit onderzoek is van vitaal belang voor de Nederlandse Caraïben en benadrukt de noodzaak van voortdurende en verbeterde instandhoudingsstrategieën. Het beschermen van deze endemische palmsoorten gaat niet alleen over het behoud van de huidige biodiversiteit, maar ook over het waarborgen van deze unieke genetische afstammingslijnen voor toekomstige generaties. Door geavanceerde genomische hulpmiddelen te integreren met traditionele instandhoudingsmethoden, is er hoop dat deze charismatische palmen weer zullen gedijen in hun natuurlijke habitat.

Meer informatie

Tekst: DCNA
Beeld: Andre van Proosdij; Patrick Griffith