
Gehakkelde aurelia doet het goed in de stad
De VlinderstichtingDe gehakkelde aurelia is niet moeilijk te herkennen. De bovenkant van de vleugels heeft een oranje grondkleur met zwartbruine vlekken. De donkerbruine rand van zowel de voor- als de achtervleugel is sterk gehakkeld, waaraan hij zijn naam te danken heeft. De onderkant – de kant die te zien is als hij met de vleugels dicht zit – is heel anders van kleur. Oppervlakkig gezien lijkt deze gewoon bruin, maar als je het van dichtbij bekijkt en met goede belichting, dan blijken er allerlei tinten in te zitten. Opvallend aan die onderzijde is de witte C, waar de wetenschappelijke naam Polygonia c-album naar verwijst. Die bruine kleur is uitstekende camouflage als de vlinder, in de winter, weggekropen zit tussen takken en dorre bladeren. Het is een vlinder van bosranden, open plekken in het bos, parken en tuinen. De rupsen leven vooral op grote brandnetel, maar ook wel op hop, iep, ribes en wilg.
De gehakkelde aurelia is een algemene vlinder die overal in ons land te zien is. Dat is zeker niet altijd het geval geweest, want in de oude literatuur wordt wel gesproken van "thans zeer zelden" (De Graaf in 1853) en "langen tijd zeldzaam geweest" (Lempke in 1936). Ook van recentere perioden weten we dat je lang niet overal gehakkelde aurelia’s kon vinden. In de zeventiger jaren van de vorige eeuw had de vlinder een beperkte verspreiding. Vanaf die tijd zien we een sterke toename en inmiddels is heel Nederland bevolkt. Deze toename wordt wel in verband gebracht met het veranderende klimaat en de opwarming waarmee we te maken hebben.
Als we de trend van de gehakkelde aurelia bekijken – vanaf de start van het meetnet vlinders in 1990 – dan zien we een toename tot ongeveer 2005. Vanaf dat jaar nemen de aantallen die worden gezien in de routes duidelijk af. Opvallend is dat die achteruitgang in de begroeiingstypen halfnatuurlijk grasland, agrarisch en bos vrij sterk is, terwijl de stand in het stedelijk gebied redelijk stabiel blijft. Blijkbaar houdt de gehakkelde aurelia van de stad, zeker als we in onze tuinen zorgen voor goede omstandigheden. Denk daarbij aan bloeiende planten voor de nectar, maar vooral ook aan waardplanten zoals grote brandnetel, hop, iep, ribes en wilg voor de rupsen.
Meer informatie
- In het tijdschrift ‘Vlinders’ van De Vlinderstichting staat een uitgebreider artikel over het wel en wee van de gehakkelde aurelia.
Tekst: Kars Veling en Chris van Swaay, De Vlinderstichting
Beeld: Kars Veling; NDFF