Een waterig zonnetje: nieuwe zeeanemoon in het Grevelingenmeer
Stichting ANEMOONOp 22 augustus 2025 dook Lia van Nieuwenhuizen samen met haar buddy, een onderwaterfotograaf, onder in het Grevelingenmeer in de omgeving van Dreischor. Op een gegeven moment verscheen tot haar grote verbazing een groepje van 3 prachtige Zonneroosjes in het licht van de duiklamp. Helaas zelf duikend zonder camera, prentte Lia zich de omgeving goed in, zodat ze zo snel mogelijk terug kon komen om deze dieren op de foto te zetten. Een paar weken later had ze het geluk ze terug te vinden. Daarbij ontdekte ze dat het groepje al druk bezig was geweest zich voort te planten, want het waren er inmiddels 5! Dit is de allereerste waarneming van deze soort in het Grevelingenmeer.
Aangevoerde soort
De waarneming in het Grevelingenmeer is een bijzondere ontdekking. De Zonneroos is pas in 2008 voor het eerst in ons land gevonden en was tot nog toe uitsluitend bekend uit het oostelijk deel van de Oosterschelde. De eerste exemplaren (honderden) zijn aangetroffen in de afvoer van verwaterbakken van oesterkwekers bij Yerseke. Hoogstwaarschijnlijk zijn ze hier terechtgekomen via de import van oesters en mossels. Inmiddels heeft de soort zich blijvend gevestigd in de omliggende delen van de Oosterschelde. De populatie bij Yerseke lijkt het brongebied voor andere vindplaatsen in de Oosterschelde, zoals Gorishoek, Vuilnisbelt, de Bergse Diepsluis en het kanaal bij Goes. Opvallend is dat de soort de koude winter van 2018 heeft overleefd, toen veel andere zeedieren massaal stierven. Daarmee toonde de Zonneroos zich een robuuste, uitheemse nieuwkomer in ons land.
Herkomst, impact, vijanden
Hoe de dieren in het Grevelingenmeer zijn terechtgekomen, is niet bekend. Plezierscheepvaart of wellicht overtollige exemplaren geloosd uit een zeeaquarium zijn daarbij geen onmogelijkheden. Zonneroosjes zijn levendbarend en kunnen zich in korte tijd snel vermeerderen. Vaak zie je bij grote exemplaren ook diverse jongere dieren. Duikers hebben er in elk geval een fantastisch onderwerp bij om te fotograferen. Voor het ecosysteem van de Oosterschelde en het Grevelingenmeer lijkt de komst van deze zeeanemoon vooralsnog geen grote schadelijke effecten te hebben. Mochten ze zich (te) explosief voortplanten, dan zijn er in onze wateren in elk geval al een paar natuurlijke vijanden aanwezig, namelijk: zeenaaktslakken. Met name de Gekrulde vlokslak, de Grote vlokslak en de Kleine vlokslak eten graag een hapje Zonneroos.

Bloemdieren
Zeeanemonen behoren, samen met de koralen, tot de bloemdieren of Anthozoa. Die naam komt van hun vaak bloemige, plantachtige uiterlijk (naar het Griekse woord ánthos; άνθος). Veel daarvan zijn erg variabel en kleurrijk. Ze behoren tot een van de meest favoriete diergroepen van duikers, snorkelaars en onderzoekers van het getijdengebied. Op enkele uitzonderingen uit dieper water en één zachte koraalsoort – de Dodemansduim – na, zijn alle Nederlandse bloemdieren zeeanemonen. Maar niet alle soorten zijn even opvallend. De Zonneroos (Cereus pedunculatus) is qua uiterlijk en kleur bescheiden en leidt vaak een nogal onopvallend, verborgen bestaan in het zand tussen stenen en schelpen.
Voorkomen en verspreiding
De Zonneroos is oorspronkelijk een Noord-Atlantische soort. Het voorkomen strekt zich uit van de Britse Eilanden tot de Azoren en loopt door in de Middellandse Zee. De dieren worden aangetroffen op diepten tot ongeveer 50 meter. Gewoonlijk leven ze in minder diep water; ze worden ook gezien in rotspoelen, waar ze vaak in een holte of spleet zitten. De basis is meestal verankerd aan een in de bodem zittende steen of schelp en ook de zuil is meestal onzichtbaar. De tentakelkrans is vaak het enige zichtbare deel; het hele dier kan zich bij gevaar of verstoring in de bodem of in een holte of rotsspleet terugtrekken. Het is voor Nederland geen oorspronkelijke soort.
Uiterlijk en voorkomen
De Zonneroos heeft een cilindrische zuil, die je meestal niet ziet omdat die in het zand begraven zit. De voet van de anemoon zit onder het zand vast op een steen of een schelp. De mondschijf heeft een krans van 500 tot 1000 korte tentakels die er als zonnestralen omheen liggen, waarbij de diameter van de schijf 10 centimeter of meer kan bereiken. De mondschijf en tentakels van de Nederlandse exemplaren zijn meestal bruin-wit gevlekt. Er zijn exemplaren uit ons land bekend die paarsbruin zijn met lichte stippen of die deels blauwgrijs gekleurde tentakels hebben. Ook vind je zo nu en dan dieren waarbij de tentakels in lobben bij elkaar zitten, zoals bij de bekende Zeeanjelier (Metridium senile). De zuil, voorzover je die kunt zien, is bruin met bovenaan lichte stippen. Buiten Nederland en in aquaria komen ook andere kleuren, patronen en vormen voor, daaronder zijn ook trompetvormige exemplaren.

Doorgeven van waarnemingen
We roepen iedereen op goed uit te kijken naar deze zeeanemoon en waarnemingen vast te leggen. Liefst met foto's. Zo is de eventuele uitbreiding goed te volgen. MOO-waarnemers kunnen hun waarnemingen doorgeven via het MOO-portaal. Waarnemingen kunnen ook ingevoerd worden op platforms als Waarneming.nl. Er verandert de laatste tijd steeds meer in onze wateren. Het motto blijft: laat je waarnemingen niet verloren gaan.
Wie op zeeanemonen let, is altijd in goed gezelschap. Op de zeer geslaagde landelijke dag van Stichting ANEMOON, op 1 november 2025, waren diverse foto's te zien van deze prachtige dieren – onder andere in de QR-foto-route die door het gebouw liep. Mick Otten hield bovendien een boeiende lezing over deze diergroep, waarin ook de Zonneroos voorbijkwam. Voor wie deze gemist heeft, of nogmaals wil bekijken: de lezing is hier te zien via de website van Stichting ANEMOON.
Tekst: Lilian Schoonderwoerd, Stichting ANEMOON; Mick Otten, Stichting ANEMOON, Strandwerkgemeenschap en KNNV Strandwerkgroep Waterweg-Noord; Rykel de Bruyne, Stichting ANEMOON
Beeld: Lia van Nieuwenhuizen (leadfoto: Zonneroos, voor het eerst ontdekt in het Grevelingenmeer bij Dreischor); Lia van Nieuwenhuizen; Sylvia van Leeuwen; Bas van der Sanden
