Gewone morielje

Uitkijken naar voorjaarspaddenstoelen

23-APR-2013 - Begin april starten de eerste paddenstoelexcursies met als doel de typische voorjaarssoorten te vinden. Nu de lente begonnen is, zijn ze er ook: de eerste morieljes en Voorjaarskluifzwammen zijn gemeld, al is het op sommige typische lentesoorten nog wachten. Ook de paddenstoelen zijn duidelijk ‘in vertraging’.

Bericht uitgegeven door Natuurpunt Studie [land] op [publicatiedatum]


Begin april starten de eerste paddenstoelexcursies met als doel de typische voorjaarssoorten te vinden. Nu de lente begonnen is, zijn ze er ook: de eerste morieljes en Voorjaarskluifzwammen zijn gemeld, al is het op sommige typische lentesoorten nog wachten. Ook de paddenstoelen zijn duidelijk ‘in vertraging’.

Niet alleen in de herfst zijn er paddenstoelen, een aantal soorten verschijnen enkel in het voorjaar, bij aangename temperaturen en voldoende neerslag. De meeste voorjaarspaddenstoelen zijn opruimers van dood organisch materiaal. In het voorjaar gaat immers alle energie van de bomen naar het vormen van bladeren en vruchten en krijgen bijhorende zwamvlokken wellicht minder suikers van de boom dan in de herfst. In het najaar, wanneer de boom voornamelijk investeert in zijn wortels,krijgen boombegeleidende zwammen een energieboost en vormen ze volop vruchtlichamen. Symbionten moeten we nu niet verwachten, saprofyten des te meer.

Gewone morieljes zijn dit jaar twee weken later dan vorig jaar (foto: Ralph Vandiest)
De best gekende voorjaarspaddenstoel is wellicht de morielje. Maar wist je ook dat er drie soorten morieljes zijn die her en der in Vlaanderen gevonden worden? Kegelmorielje, Kapjesmorielje en Gewone morielje hebben een licht verschillende ecologische voorkeur en zijn met het blote oog goed uit elkaar te houden. Kegelmorielje vind je zelfs midden in de stad en in tuinen op houtsnippers. Kapjesmorielje staat graag wat natter en de Gewone morielje heeft wat kalk nodig, waardoor hij vaak aan de kust of op opgespoten terreinen wordt gevonden. Morieljes zijn opruimers van houtsnippers en meer verteerd materiaal, humus. Zij zetten dit dood materiaal terug om in voedingstoffen die door planten opgenomen worden. Dit jaar is de Gewone morielje er duidelijk wat later bij: de eerste exemplaren in ons land werden op 16 april gemeld, terwijl dat vorig jaar al op 30 maart was. Op de eerste waarneming van Gewone morielje in Vlaanderen is het zelfs nog even wachten!

Hetzelfde geldt voor de Voorjaarspronkridder, die evenals de morieljes voor consumptie gebruikt wordt. Deze bleke plaatjeszwam laat zich door zijn sterke meelgeur goed herkennen. Net als de morieljes is het een opruimer die op de bodem groeit. Daarnaast verkiezen lentesoorten ook andere substraten: Voorjaarshoutzwam verteert stammen en stronken van allerlei loofbomen, Vroege leemhoed is altijd te vinden op houtsnippers, Vroege bekerzwam kan naast houtsnippers ook gevonden worden op stro, compost en karton en de dennenkegelzwammen groeien dan weer op (begraven) kegels van naaldbomen..

 De Harde voorjaarssatijnzwam, een symbiont in de lente (foto: Wim Veraghtert)

Een buitenbeentje onder de voorjaarspaddenstoelen is de Anemonenbekerzwam, een parasiet op wortels van Bosanemoon. Maar denk niet meteen dat je tussen een partij Bosanemonen snel een Anemonenbekerzwam vindt… het paddenstoeltje is veel zeldzamer dan de plant. Ook apart zijn de voorjaarssatijnzwammen, die onder Meidoorn, sleedoorn of ander bomen of struiken uit de familie van de Roosachtigen groeien. In tegenstelling tot andere soorten satijnzwammen wordt van deze voorjaarssoorten wel vermoed dat het symbionten zijn. De Harde voorjaarssatijnzwam kan je bij de hele roosachtigenfamilie zien. Sleedoornsatijnzwam wordt naast Sleedoorn ook wel bij Meidoorn gevonden.


Vergeet tijdens natuurwandelingen dus niet af en toe naar de grond te kijken: ook daar vallen in dit seizoen verrassingen te ontdekken!

Tekst: Roosmarijn Steeman, Natuurpunt Studie
Foto's: Ralph Vandiest & Wim Veraghtert