Eerste compensatiepool in Gelderland van start
Provincie GelderlandNatuur en bos mogen in principe niet aangetast worden. Maar in ons volle landje moet daarop wel eens een uitzondering gemaakt worden. Dan gaat het óf om projecten van groot openbaar belang, waarvoor geen alternatief is, óf om kleinere ingrepen. De initiatiefnemer van het project moet de aantasting dan compenseren door vervangend bos of natuur aan te leggen, bij voorkeur binnen hetzelfde project.
Dit zogenaamde ‘nee, tenzij…-principe’ komt in verschillende regels terug. Het eerst in de Boswet 1961. Later is het ook in de Wet Ruimtelijke Ordening opgenomen. Deze regels zijn nu vastgelegd in de Wet natuurbescherming en de Omgevingsverordening Gelderland. Voor de Natura2000-gebieden zijn in de Wet natuurbescherming aparte regels opgenomen. Tenslotte kan ook de soortbescherming leiden tot compensatieverplichtingen. Er zijn dus verschillende soorten compensatie, die elkaar kunnen aanvullen en overlappen.
Voor initiatiefnemers is het vaak ingewikkeld om aan de compensatieverplichtingen te voldoen. Er is geen ruimte binnen het project, of er is geen geschikte grond te koop. Voor veel initiatiefnemers is natuurontwikkeling geen normale business. Een project kan dan vertraging oplopen of helemaal niet doorgaan. Maar het komt ook voor dat de compensatie op de lange baan geschoven en vervolgens ‘vergeten’ wordt. Of de compensatie komt terecht op een plaats waar het weinig bijdraagt aan de natuur. Nadat de Algemene Rekenkamer in 2014 een kritisch rapport over de uitvoering van compensatie uitbracht, zijn de provincies aan de slag gegaan.
Eerste project in de compensatiepool
De provincie Gelderland wil compensatie voor initiatiefnemers eenvoudiger maken en opent nu de mogelijkheid om deze af te kopen: de initiatiefnemer stort geld in het provinciale compensatiefonds, en de provincie neemt de verplichting over. De percelen van de compensatiepool worden als nieuwe natuur opgenomen in het Natuurbeheerplan, zodat de eigenaar van de percelen subsidie voor omvorming en inrichting als natuurgebied kan krijgen. Zo financiert de provincie de compensaties vóór; via het compensatiefonds komt het geld terug. Naar verwachting gaat het bij Apeldoorn om enkele hectares per jaar. De provincie is van plan om ook in andere regio’s een compensatiepool in te richten. Daarnaast heeft de provincie een centrale registratie van compensaties opgezet die op de provinciale website te raadplegen is.
De gemeente Apeldoorn wil graag meer natuur bij de stad realiseren, en de verbindingen tussen de stad en het buitengebied verbeteren: het project Groene Mal. De grond die de gemeente nu gaat inrichten legt de ecologische en recreatieve verbinding tussen Apeldoorn-Zuid en het Beekbergerwoud, een groot gebied met nieuwe natuur dat Natuurmonumenten in de afgelopen twintig jaar heeft weten te realiseren. In deze verbinding komen - naast een fietspad - bosjes en natte, bloemrijke graslanden. Voor de inwoners van Apeldoorn komt er zo een mooi ommetje bij!
Tekst: Willem Drok, Provincie Gelderland
Foto's: Ivo van der Putten, Saxifraga (leadfoto: landschap ten zuiden van Apeldoorn); Michel Hol, Natuurmonumenten