venwitsnuitlibel - primair

Europese libellen vooruit dankzij én ondanks klimaatverandering

De Vlinderstichting
13-MRT-2019 - Onderzoekers hebben de trend van libellen in tien Europese regio’s onderzocht. Hieruit blijkt dat de libellen in die regio’s samen licht vooruitgaan. De onderzoekers vonden, zoals verwacht mag worden, dat warmteminnende soorten in verspreiding zijn toegenomen. Opvallend genoeg zijn ook koelteminnende soorten licht vooruitgegaan.

De venwitsnuitlibel is een koelteminnende soort, maar gaat desondanks vooruit in EuropaEen van de opvallendste effecten van klimaatverandering in de natuur is de verandering in de verspreiding van soorten. Van verschillende soortgroepen is bekend dat warmteminnende soorten zich in Europa hebben uitgebreid naar het noorden. Vaak gaat dit ten koste van koelteminnende soorten. Maar niet altijd, blijkt uit een recent gepubliceerde Europese studie over libellen. Weliswaar hebben warmteminnende libellensoorten zich in Europa uitgebreid, maar van een achteruitgang van koelteminnende soorten is geen sprake. Voor de studie zijn verspreidingsgegevens van libellen uit tien regio’s samengebracht: Zweden, Brittannië, Nederland, Noordrijn-Westfalen, Vlaanderen, Wallonië, Beieren, Frankrijk, Andalusië en Cyprus. Het CBS heeft uit deze gegevens verspreidingstrends berekend over de periode 1990-2015: voor elke regio afzonderlijk en op Europese schaal (alle regio’s samen). Daarbij zijn gemiddelde trends berekend voor soorten van warme en van koele omstandigheden, en is bepaald in welke mate libellengemeenschappen ‘warmer’ zijn geworden.

De gemiddelde verspreidingstrend van zowel warmteminnende (MSI_warm) als koelteminnende (MSI_cold) libellensoorten is op Europese schaal licht positief. De trend is weergegeven als relatieve maat, waarbij het eerste jaar op 100 is gesteld.

Het blijkt dat niet alleen de warmteminnende soorten, maar ook de koelteminnende soorten in verspreiding zijn toegenomen. Wel is het aandeel warmteminnende soorten in alle regio’s gestegen, behalve op Cyprus (waar koelteminnende soorten vrijwel ontbreken). Op Europese schaal zijn de gemeenschappen iets ‘warmer’ geworden. Het is duidelijk dat warmteminnende libellen in Europa hebben geprofiteerd van de stijgende temperaturen, maar opvallend is dat dit (althans op Europese schaal) nog niet heeft geleid tot een afname van koelteminnende soorten. Hierbij moet worden opgemerkt dat de opwarming van het klimaat zelf sneller verloopt dan de ‘opwarming’ van libellengemeenschappen. Problemen voor koelteminnende soorten kunnen daarom nog in het verschiet liggen. Op regionale schaal zijn daar al aanwijzingen voor. Het is spannend hoe de Europese libellenfauna zich verder gaat ontwikkelen. Gelukkig komen in steeds meer landen voldoende gegevens beschikbaar om dat te onderzoeken.

Lees hier het hele artikel.

Tekst: Tim Termaat, Bosgroep Midden Nederland & Roy van Grunsven, De Vlinderstichting
Foto: Kars Veling, De Vlinderstichting
Figuur: Termaat et al., 2019