Overwinteringsgebied van Grauwe klauwieren in Afrika

Ontwikkelingen in Afrika belangrijk voor de vogelstand in Nederland

Sovon Vogelonderzoek Nederland
6-DEC-2019 - Omstandigheden in Afrika spelen een grote rol bij de aantallen trekvogels die in Nederland broeden. Metingen vanaf 1960 laten zien dat veel vogelsoorten die ten zuiden van de Sahara overwinteren sterk afnamen, onder andere als gevolg van droogte, ontbossing en overbegrazing. Recent laten sommige populaties echter een opvallend herstel zien.

Dat blijkt uit de net verschenen Vogelbalans. Daarin vat Sovon de ontwikkelingen van Nederlandse vogels jaarlijks samen.

De aantallen vogels die in Nederland broeden, worden jaarlijks nauwgezet gevolgd met tellingen. Een groot deel van deze vogels trekt in het najaar naar Afrika om te overwinteren. Van onze zangvogels is dat bijvoorbeeld veertig procent. Vanuit heel Europa en Azië gaat het zelfs om zo’n twee miljard vogels. In Afrika hebben grote landschappelijke veranderingen invloed op de aantallen die weer terugkeren naar ons land. Die tellen op bij de problemen die broedvogels in Nederland ervaren.

Zomertortels hebben bovenop de problemen in Europa ook last van overbegrazing, ontbossing en jacht in Afrika

Afname in verschillende gebieden

In de Vogelbalans zijn 43 soorten trekvogels ingedeeld in vijf verschillende zones waar ze in Afrika overwinteren. Tellingen van deze vogels laten vanaf 1960 grote afnames in ons land zien. Vooral soorten die in de savanne net ten zuiden van de Sahara overwinteren namen sterk af, zoals de grauwe kiekendief, of verdwenen zelfs als broedvogel in Nederland, zoals de ortolaan en de duinpieper. Zo zorgen overbegrazing en ontbossing daar voor problemen voor zaadetende vogels als de zomertortel en kwartel, die het in Europa ook al zwaar te verduren hebben. Ook gekraagde roodstaarten en spotvogels, soorten die wat zuidelijker in halfopen landschappen overwinteren, lieten op lange termijn een afname zien. Die ontwikkelingen zijn deels toe te schrijven aan de situatie in de Afrikaanse overwinteringsgebieden. Problemen in de Nederlandse broedgebieden zijn ook (en vaak vooral) van invloed. Dat wisselt per soort.   

 Om dit object in te laden dien je marketing-cookies te accepteren.

Recent herstel

Opmerkelijk is echter de recente kentering bij vier van de vijf groepen. Vooral de vogels die in moerasgebieden van de Sahel en in de tropische bosgebieden ten zuiden daarvan overwinteren, keren in toenemende aantallen terug naar Nederland. Van moerasvogels als de purperreiger en rietzanger is bekend dat hun overlevingskansen heel sterk afhangen van de regenval in de Sahel. Na een periode van droogte in de jaren 70 en 80 valt er tegenwoordig weer zoveel regen dat de vogels voldoende overstroomde gebieden kunnen vinden en de populaties zich herstellen. De oorzaken achter de toename van vogels die in tropische bossen overwinteren, zijn minder duidelijk.

Snelle veranderingen

De laatste decennia leveren zowel tellingen in Afrika als onderzoek met nieuwe zendertechnieken steeds meer kennis op. Samen met gegevens uit de broedgebieden in Nederland geven die inzicht in de hele jaarcyclus van trekvogels. Het Afrikaanse landgebruik verandert en intensiveert in sommige regio’s nog wel sneller dan bij ons. Wetenschappelijke gegevens die bruikbaar zijn voor het behoud van trekvogels worden daarom steeds belangrijker. Een update van die kennis is te vinden in het eveneens net verschenen themanummer van het populairwetenschappelijke tijdschrift Limosa over de Sahel.

Tekst: Albert de Jong, Sovon Vogelonderzoek Nederland
Foto's: Peter Eekelder (leadfoto: nationaal park Queen Elizabeth, Uganda); Harvey van Diek